Opmerking van de vertaler: Dit artikel betreft het vijfde deel uit de reeks artikelen die dieper ingaan op het mei 2024 Wachttoren-studieartikel dat is getiteld: Wat weten we over Jehovah’s toekomstige oordelen? Mocht u deel 1 hebben gemist dan kunt u deze HIER teruglezen. Voor deel 2 klik HIER. Voor deel 3 klik HIER. Voor deel 4 klik HIER


In het betreffende Wachttoren-artikel staat onder het subkopje “Wat we WEL weten”, in alinea 11 het volgende geschreven:  

11 Er zijn een aantal dingen die we over de toekomst weten. We weten bijvoorbeeld op basis waarvan mensen in Armageddon geoordeeld worden: hoe ze de broeders van Christus hebben behandeld (Matth. 25:40). Degenen die hebben getoond dat ze de gezalfden en Christus steunen, worden als ‘schapen’ beoordeeld. We weten ook dat sommige broeders van Christus na het begin van de grote verdrukking nog op aarde zullen zijn en pas kort voor het uitbreken van Armageddon naar de hemel gaan. Zolang de broeders van Christus nog op aarde zijn, hebben oprechte mensen nog de kans om hen en het werk dat ze doen te steunen (Matth. 25:31, 32; Openb. 12:17). Waarom is dat belangrijk?

Kunnen we daadwerkelijk stellen dat we precies weten wat de illustratie van Jezus over de schapen en de bokken en hun relatie tot de broeders van Jezus betekent? Datgene wat Paulus aan de Korinthiërs schreef lijkt hier van toepassing te zijn: Als iemand denkt iets te weten, kent hij het nog niet zoals hij het zou moeten kennen. Maar als iemand liefde voor God heeft, wordt die door hem gekend. (1 Korinthiërs 8:2-3)

schapen en bokkenEr is een reden waarom Jezus de illustratie van de schapen en de bokken aanhaalde nadat hij alle gebeurtenissen had geschetst die ertoe zullen gaan leiden dat de Mensenzoon voor de deur zal komen te staan. De reden hiervoor is dat de manifestatie – ook wel bekend als de openbaring en de parousia – pas zal gaan plaatsvinden nádat de dagen van de grote verdrukking vroegtijdig zullen worden afgebroken. Hou die gedachte eens in uw achterhoofd.

Maar wie zijn dan eigenlijk de broeders van Christus? Jehovah’s Getuigen zullen op deze vraag antwoorden door te zeggen: ‘Dit zijn gezalfde personen’. En ze hebben hier in principe ook gelijk in. Toch zijn er ook nog een aantal kanttekeningen zoals: hoe weten we eigenlijk wie er daadwerkelijk gezalfd is? En hoe zit het eigenlijk wanneer een gezalfde christen op een bepaald moment toch ontrouw wordt? Worden we dan ook nog steeds goed beoordeeld wanneer we hen zouden steunen?

En daar blijft het niet bij. Een groeiend aantal Jehovah’s Getuigen is daarnaast namelijk ook nog misleid door te geloven dat alle christenen, waaronder zelfs degenen die niet een hemelse roeping belijden, publiekelijk zouden moeten deelnemen aan de symbolen tijdens de jaarlijkse Gedachtenisviering. Dat draagt er absoluut toe bij dat het water zogezegd vertroebelt. Maar het is nog erger dan dat. Er zijn daarnaast ook nog valse gezalfde personen – mensen die doen alsof ze gezalfd zijn en die met het blote oog niet te onderscheiden zijn van ware gezalfde personen. Mocht u het willen weten: dat is hetgeen wat er in een andere illustratie van Jezus wordt gesymboliseerd door middel van de tarwe en het onkruid, dat tijdens de periode van het besluit in vervulling zal gaan.

Sprekend tot twee van de zeven symbolische gemeenten van gezalfde personen in Openbaring, onthulde Jezus dat er in die periode ook een synagoge van Satan actief zou zijn die opereert in het midden van zijn gemeenten. Deze synagoge van Satan bestaat uit personen die op leugenachtige wijze beweren dat ze Joods zijn. Christenen die beschikken over geestelijk onderscheidingsvermogen weten dat Jezus hier niet zegt dat deze bedriegers doen alsof ze van Hebreeuwse etniciteit zijn. Paulus leerde ons namelijk in Romeinen 2:29 dat echte Joden Jood zijn vanbinnen. Het zijn gezalfde personen die in eendracht zijn met Jezus en Jehovah. Degenen binnen de gemeente van Christus die zich dus slechts voordoen als Joden zijn dus mensen die zichzelf valselijk presenteren als gezalfde broeders van Christus. Paulus schreef daarnaast ook nog over de zogenoemde “superapostelen” die zich naar buiten toe slechts vermomden als dienaren van rechtvaardigheid, in navolging van de Duivel die zich eveneens naar buiten toe vermomt als een engel des lichts.

Aangezien Paulus onthulde dat de meest vooraanstaande mannen die destijds toezicht hielden op de toenmalige gemeente in Korinthe valse apostelen waren, en Jezus daarnaast ook nog onthulde dat er valse apostelen in zijn gemeente zullen zijn wanneer de dag van de Heer zal beginnen, zou het dan wellicht ook mogelijk kunnen zijn dat sommigen onder de huidige leiders van de Jehovah’s Getuigen, die zichzelf vandaag de dag naar buiten toe presenteren als ‘getrouwe en beleidvolle slaaf’ in werkelijkheid zouden kunnen toebehoren aan de synagoge van Satan? Jazeker! Dat is dan ook geen kwestie van speculatie maar een absolute zekerheid. Dat is ook precies wat de mens van wetteloosheid is: het zijn vooraanstaande personen die zichzelf naar buiten toe presenteren als mannen van God en als broeders van Christus, terwijl ze zitten in de geestelijke tempel van Jehovah God, temidden van de geroepenen, terwijl ze hun autoriteit gebruiken om een valse parousia te promoten. Zoals we allemaal weten is de valse 1914-parousia doctrine ook de fundamentele hoeksteen van de Wachttoren-organisatie.

Dus, aangezien we het zuivere woord van God, dat aan ons onthult dat Satans aanwezigheid zich manifesteert onder de ware zonen van God, niet terzijde zouden durven schuiven, hoe kunnen we dan onderscheiden wie er een echte gezalfde christen is en wie er van hen deel uitmaakt van de synagoge van Satan?

Denk eens na over wat Paulus zei: dat wij verborgen zijn met de Christus. Wat betekent dat eigenlijk? In welke zin zijn gezalfde personen dan verborgen? Dit is wat de gezalfde apostel zelf hierover schreef: Want jullie zijn gestorven en jullie leven is verborgen met de Christus in eendracht met God. Wanneer de Christus, ons leven, geopenbaard wordt, dan zullen ook jullie met hem in majesteit geopenbaard worden. (Kolossenzen 3:3-4)

Aha! Jezus is dus zelf ook ‘verborgen’. De openbaring van Christus zal plaatsvinden zodra de Mensenzoon tevoorschijn komt uit het onzichtbare – zodra hij zichzelf in alle heerlijkheid en glorie openbaart. Maar in welke zin zullen degenen die in Christus verborgen zijn dan ook ‘met hem in majesteit geopenbaard worden’? Om die vraag te kunnen beantwoorden moeten we eerst begrijpen aan wie Christus dan precies zal worden gemanifesteerd. Johannes, die bij Jezus aanwezig was toen Jezus van gedaante werd veranderd, schreef aan zijn medegezalfde broeders over de manifestatie van Jezus en zei: Bedenk wat een grote liefde de Vader ons heeft gegeven! We worden kinderen van God genoemd, en dat zijn we ook. Maar de wereld kent ons niet, omdat de wereld hem niet heeft leren kennen. Lieve vrienden, we zijn nu kinderen van God, maar wat we zullen zijn, is nog niet geopenbaard. Wel weten we dat wanneer hij geopenbaard wordt, wij als hij zullen zijn, want we zullen hem zien zoals hij is. Iedereen die op hem hoopt, zuivert zich, net zoals hij zuiver is. (1 Johannes 3:1-3)

Het is onnodig om te zeggen dat allen die in eendracht met Jezus zijn gestorven, hem zullen gaan zien zoals hij is, wanneer zij uit de dood worden opgewekt en naar de hemel zullen opstijgen. Echter hoeft Jezus zich in de hemel aan helemaal niemand te openbaren. Christus zit daar namelijk aan Gods rechterhand waar hij duidelijk zichtbaar is voor ieder schepsel dat in het geestenrijk woont. Dus nee, “wanneer hij geopenbaard wordt” heeft dus betrekking op gezalfde personen die dan nog op aarde in leven zullen zijn. Zij “zullen hem zien zoals hij is”, wanneer Christus naast hen komt te staan – en dat is ook precies wat de parousia betekent.

Aangezien er een openbaring van Jezus zal plaatsvinden en degenen die zijn manifestatie zullen zien, ook in heerlijkheid gemanifesteerd zullen worden als de zonen van God, en dit zal gaan plaatsvinden nadat de dagen van de verdrukking zullen zijn verkort, betekent dit ook dat de periode waarin het oordeel over de schapen en de bokken, die zal zijn gebaseerd op hoe ze de broeders van Christus zullen hebben behandeld, alleen maar zou kunnen plaatsvinden in de periode de verdrukking. Dat is ook het moment waarop de openbaring van de zonen van God zal gaan plaatsvinden. En wie zal de openbaring van de uitverkorenen dan gaan zien? Let eens op wat Paulus schreef: Ik ben van mening dat het lijden van nu niets voorstelt in vergelijking met de glorie die in ons geopenbaard zal worden. De schepping wacht er vol verlangen op dat de zonen van God worden geopenbaard. Want de schepping is onderworpen aan een zinloos bestaan, niet uit eigen wil, maar door degene die haar daaraan heeft onderworpen. Dat deed hij op basis van de hoop dat ook de schepping zelf bevrijd zal worden uit de slavernij van de vergankelijkheid en de glorieuze vrijheid van Gods kinderen zal hebben. (Romeinen 8:18-21)

De geïnspireerde apostel en woordvoerder van Christus bevestigt dat de manifestatie van de heiligen in heerlijkheid zal plaatsvinden op het moment dat ze nog in het vlees zullen zijn. Maar als antwoord op de vraag: “aan wie zal de glorie van de zonen van God dan worden geopenbaard?” refereerde Paulus aan ‘de schepping’. Maar wat wordt er in die context dan bedoeld met ‘de schepping’? Er wordt sowieso niet de dierlijke schepping mee bedoeld. Ook ongelovigen zouden hier niet onder kunnen vallen. Ongelovigen voldoen namelijk niet aan de beschrijving “wacht er vol verlangen op”. Ongelovigen verwachten namelijk helemaal niets. Paulus zei: “De schepping wacht er vol verlangen op dat de zonen van God worden geopenbaard.” Dat betekent dus dat gelovige personen die zelf geen onderdeel uitmaken van de broeders van Christus, tegelijkertijd wel degelijk de verwachting hebben dat God iets aan hen zal gaan openbaren wanneer het Koninkrijk komt. Wanneer dit duidelijk is en wanneer we weten dat de Jehovah’s Getuigen de verwachting hebben dat zij zullen worden bevrijd uit de slavernij van de vergankelijkheid, evenals de verwachting dat ze van dezelfde glorieuze vrijheid van Gods kinderen zullen gaan genieten, net zoals onze oorspronkelijke ouders kortstondig deden in de tuin van Eden, waarom verwacht de aardse schepping dan ook niet de glorieuze manifestatie van de zonen van God?

U kunt dit scharen onder de noemer van ‘Gods goedbewaarde geheimen’ die op dit moment nog steeds zullen moeten worden onthuld. Maar hoe zit het dan met de verklaring dat de broeders van Christus pas ná de verdrukking zullen worden geopenbaard; wat is dan de Bijbelse onderbouwing voor deze radicale stellingname?

Wordt vervolgd…

EINDE DEEL 5