Dagtekst donderdag 22 februari 2024

Voor mij is het goed dichter tot God te komen. — Ps. 73:28.

Als je Jehovah wilt leren kennen, begin je natuurlijk bij de basis. Paulus noemde die elementaire kennis in zijn brief aan de Hebreeën ‘de basisprincipes’. Daarmee wilde hij ‘de grondleer’ niet als onbelangrijk laten overkomen. Hij vergeleek het juist met de melk die een baby nodig heeft om te groeien (Hebr. 5:12; 6:1). Maar hij spoorde alle christenen ook aan verder te gaan dan de basiskennis en de diepere waarheden in Gods Woord te leren kennen. Ben jij hongerig naar die diepere waarheden? Wil je blijven groeien, blijven leren over Jehovah en zijn voornemen? Voor velen is studeren een uitdaging. Heb jij op school goed leren lezen en studeren? Vond je het leuk om nieuwe dingen te leren? Of ben je juist gaan denken dat je geen studiebol bent, dat het niets voor jou is dingen uit een boek te leren? Als dat zo is, ben je niet de enige. Maar je kunt hulp krijgen van onze volmaakte God, Jehovah, de beste Leraar die er is. w23.03 9-10 ¶8-10

Het Wachttorengenootschap lijkt zijn invloed te hebben verkwist. Slechts een halve eeuw geleden verdiepte het Wachttorengenootschap zich nog in de diepere zaken en informeerde het zijn lezers nog tot op zekere hoogte over ingewikkelde doctrinaire kwesties en zelfs over profetie. U zou bijvoorbeeld, indien u daartoe geneigd bent, eens terug kunnen gaan in de tijd door de wat oudere Wachttoren-publicaties nog een keertje door te lezen. Ik heb het dan over Wachttoren-lectuur dat in de jaren vijftig, zestig en zelfs nog in de jaren zeventig werd gepubliceerd. Geleidelijk aan, schijnbaar synchroon met het begin van het verval van Amerika in de jaren zestig, is het Wachttorengenootschap eveneens steeds oppervlakkiger geworden. Men zou het argument kunnen aanvoeren dat dit zou kunnen komen doordat mensen tegenwoordig niet meer in staat zouden zijn om de diepere zaken te kunnen begrijpen. Maar is het dan tegelijkertijd ook niet de taak van een onderwijzer om te onderwijzen? Het Wachttorengenootschap zette vroeger nog Koninkrijksscholen op in derdewereldlanden om aldaar de analfabeten te leren lezen en schrijven. Wellicht hebben we vandaag de dag ook zoiets nodig in Amerika.

Ik moet dan denken aan wat Jehovah heeft gezegd in Ezechiël, toen Hij sprak tot de herders die alleen maar druk bezig waren met het voeden van zichzelf: “Dit zegt de Soevereine Heer Jehovah tegen jullie, mijn schapen: ‘Ik ga oordelen tussen het ene schaap en het andere, tussen de rammen en de bokken. Is het niet genoeg voor jullie dat jullie op de allerbeste weiden grazen? Moeten jullie ook de rest van jullie weiden met je poten vertrappen? En moeten jullie na het helderste water gedronken te hebben, het water bevuilen door met je poten te stampen? Moeten mijn schapen nu grazen op de weide die jullie met je poten vertrapt hebben en het water drinken dat jullie bevuild hebben door met je poten te stampen?(Ezechiël 34:17-19)

Omdat dit verval in de loop der jaren geleidelijk aan heeft plaatsgevonden, hebben de meeste Jehovah’s Getuigen het waarschijnlijk niet eens opgemerkt dat alles verwaterd en vervuild is geworden. Vooral profetie is omgezet in een simplistische en infantiele soort pulp – loutere gedragslessen. In 1979 stond er bijvoorbeeld een reeks studieartikelen in het tijdschrift de Wachttoren waarin het profetische boek Jeremia werd uitgelegd in termen van Gods oordeel over de heidense christenheid. Dat klonk destijds tenminste nog een beetje logisch in de oren, met de nadruk op “een beetje”. In het jaar 2010 publiceerde het Besturende Lichaam echter een ‘commentaar’ op Jeremia dat maar heel weinig te maken had met de feitelijke profetische inhoud van het betreffende boek. Die publicatie leek haast wel bedoeld om de ernst van de boodschap af te zwakken in plaats van juist dieper in te gaan op de feitelijke inhoud van de profetie. Hoofdstuk 11 uit die publicatie heeft bijvoorbeeld de titel “Herders naar mijn hart”. Een bijbehorend subkopje draagt de titel STRENG ONDERRICHT „IN DE JUISTE MATE”. Zonder daadwerkelijk de referentietekst uit de Bijbel te citeren of aan te halen, impliceert het Wachttorengenootschap dat ouderlingen degenen zijn die Jehovah’s volk in de juiste mate corrigeren of disciplineren. De duidelijke reden waarom het Wachttorengenootschap hier Jeremia niet letterlijk woord voor woord citeerde is… nou ja… nogal voor de hand liggend: Dit is wat Jehovah namelijk heeft verklaard: ‘Want ik ben met je’, verklaart Jehovah, ‘om je te redden. Maar alle volken waarheen ik je verstrooid heb, zal ik vernietigen. Jou zal ik niet vernietigen. Ik zal je in de juiste mate corrigeren en ik zal je beslist niet ongestraft laten.’ (Jeremia 30:11)

Ieder weldenkend mens zou moeten beseffen dat, in tegenstelling tot de les op kleuterschoolniveau in het Jeremia-boek van het Wachttorengenootschap, de feitelijke profetie van Jeremia juist aangeeft dat hoewel Jehovah wel degelijk de Verlosser is, Hij geen vrijstelling zal verlenen van de straf. De schrijvers van deze verkeerd toegepaste oordeelsboodschap zouden er absoluut goed aan doen om zelf ook eens goed na te denken over wat zij zelf in alinea 20 hebben geschreven:

20 Je kunt er zeker van zijn dat Jehovah kwaaddoeners „in de juiste mate” streng onderricht