Opmerking van de vertaler: Het onderstaande artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op zondag 22 januari 2017. Het betreft een commentaar op de dagtekst van die datum. Ik heb besloten om dit artikel alsnog in het Nederlands te publiceren omdat de inhoud vandaag de dag nog steeds net zo relevant is als toen het oorspronkelijk werd opgeschreven.


Dagtekst zondag 22 januari 2017

Het woord van onze God zal tot onbepaalde tijd blijven. — Jes. 40:8.

Geleerden hebben duizenden fragmenten, manuscripten en oude vertalingen vergeleken en zorgvuldig bestudeerd. Uit zulke studies is gebleken dat het aantal verschillen maar heel klein is. En de paar verzen waar enige onduidelijkheid over bestaat, veranderen niet de algehele boodschap. Een studie van oude manuscripten overtuigt oprechte Bijbelstudenten ervan dat de Bijbel die we nu hebben, Jehovah’s geïnspireerde boodschap is. Jehovah heeft erop toegezien dat zijn Woord het  meest vertaalde boek in de geschiedenis van de mensheid is. Ondanks hevige tegenstand van  vijanden is de Bijbel geheel of gedeeltelijk verkrijgbaar in meer dan 2800 talen. En hoewel veel mensen weinig of geen geloof in God hebben, is de Bijbel nog steeds een bestseller. De vertalingen van de Bijbel zijn niet allemaal even duidelijk of betrouwbaar, maar bijna alle vertalingen brengen de fundamentele boodschap van hoop en redding over. w15 15/12 1:13, 14

COMMENTAAR

Gods woord heeft niet alleen al die tijd standgehouden in geschreven vorm. Wat echter nog belangrijker is, is het feit dat Gods woord ervoor zal zorgen dat Gods voornemens zullen worden vervuld. We zouden bepaalde boodschappen in de Bijbel kunnen beschouwen alsof ze zijn verzegeld in een soort tijdcapsule. Ter illustratie: de profetieën van Daniël zullen bijvoorbeeld tot de tijd van het einde verzegeld blijven. Het is inderdaad waar dat we op dit moment al de letterlijke woorden kunnen lezen die staan opgetekend in het boek Daniël. Toch is het tegelijkertijd ook zo dat tot aan het moment dat deze woorden daadwerkelijk worden begrepen en gewaardeerd – inderdaad, totdat ze worden vervuld – de tekst uit deze profetie slechts academisch is.

Ook de profetieën van Jesaja zijn verzegeld. In het 29ste hoofdstuk wordt dit op de volgende wijze verklaard: God spreekt hier tot de visionairs en de profeten die proberen het te begrijpen. God zegt: Elk visioen wordt voor jullie als de woorden van een verzegeld boek. Wanneer men het aan iemand geeft die kan lezen en zegt: ‘Lees dit alsjeblieft voor’, zal hij zeggen: ‘Dat kan ik niet, want het is verzegeld.’ En als men het boek aan iemand geeft die niet kan lezen en zegt: ‘Lees dit alsjeblieft’, zal hij zeggen: ‘Maar ik kan niet lezen.’ (Jesaja 29:11-12)

Vanaf het 40ste hoofdstuk van Jesaja start Jehovah God een langlopende dialoog met “Jakob”. Dit dialoog omvat maar liefst meer dan vijfentwintig hoofdstukken. De oorspronkelijke setting was toen Israël in ballingschap naar Babylon was afgevoerd en toen Jehovah God zijn “gezalfde” zond om hen te bevrijden. Gods gezalfde — letterlijk Christus — kwam toen in de vorm van de Perzische koning genaamd Cyrus.

De zieners op Bethel realiseren zich dat de profetie een veel grotere vervulling heeft met betrekking tot de tweede komst van Christus. Tegelijkertijd zien we ook dat de zieners op Bethel duidelijk hebben aangetoond dat het boek voor hen verzegeld is gebleven. Ze beweren namelijk dat Christus in het jaar 1914 kwam en dat hij de Bijbelonderzoekers in 1919 uit hun geestelijke gevangenschap onder Babylon de Grote zou hebben bevrijd.

Ieder persoon die aandachtig het 40ste hoofdstuk van Jesaja leest, zou de absurditeit van die gedachtegang duidelijk moeten herkennen. In vers vijf staat bijvoorbeeld: De majesteit van Jehovah zal onthuld worden en alle mensen zullen het zien, want Jehovah’s mond heeft gesproken.

Aangezien Christus komt in de majesteit, oftewel de heerlijkheid van zijn Vader, staat de openbaring van Jehovah’s heerlijkheid in verband met de manifestatie van Jezus. Dus, zijn Jehovah’s Getuigen dan werkelijk zo onredelijk om te beweren dat Christus in al zijn heerlijkheid al is geopenbaard?

Rutherford in 1919, Cedar Point, Ohio

Was de vrijlating van Rutherford uit de gevangenis dan werkelijk zo spectaculair en wereldschokkend? Heeft Jehovah dan werkelijk in het jaar 1919 zijn heerlijkheid onthuld in Cedar Park, Ohio? Welk weldenkend mens zou zoiets nou geloven?

Er is daarnaast nog een ander interessant verband met de komst van Christus. Jesaja 40:10 verklaart: Kijk! De Soevereine Heer Jehovah zal komen met kracht, zijn arm zal voor hem heersen. Kijk! Hij heeft zijn beloning bij zich, het loon dat hij betaalt, gaat voor hem uit.

Dit gedeelte van Jesaja wordt weerspiegeld in de slotwoorden van de profetie die Openbaring wordt genoemd. Daar lezen we dat Christus tegen Johannes zei: Luister, ik kom vlug! Het loon dat ik geef, heb ik bij me, om iedereen te geven wat hij voor zijn daden verdient.” (Openbaring 22:12)

Ter verduidelijking: zelfs het Besturende Lichaam durft niet te beweren dat Christus op dit moment is gekomen en dat hij zijn beloning al zou hebben gegeven aan degenen die getrouw zijn gebleken. Wanneer we weten dat dit niet valt te ontkennen, waarom dringt het Wachttorengenootschap er dan toch op aan dat Jehovah al met kracht is gekomen en het loon al zou hebben uitbetaald? Dit is wat de verblinde zieners van Bethel hebben geschreven om Jesaja 40:10 te verklaren:

15 Jesaja’s woorden zijn rijk aan profetische betekenis voor onze tijd. In 1914 kwam Jehovah „met sterkte” en richtte hij zijn koninkrijk in de hemel op. De ’arm die voor hem heerst’ is zijn Zoon, Jezus Christus, die door Jehovah op zijn hemelse troon is geïnstalleerd. In 1919 bevrijdde Jehovah zijn gezalfde dienstknechten op aarde uit hun slavernij aan Babylon de Grote en begon hij de zuivere aanbidding van de levende en ware God volledig te herstellen. Dit is goed nieuws dat onbevreesd verkondigd moet worden, als het ware door het van de bergtoppen te schreeuwen zodat de bekendmaking wijd en zijd te horen is. Laten wij dus onze stem verheffen en anderen er vrijmoedig van in kennis stellen dat Jehovah God zijn zuivere aanbidding op aarde heeft hersteld!

De harde waarheid omtrent dit alles is het feit dat de profetie van Jesaja op dit moment nog helemaal niet is ontzegeld. Maar wanneer zal deze waarheid dan wél worden ontzegeld? Eerst komt er een derde wereldoorlog, dan zal de Wachttoren-organisatie ten onder gaan. Dat zal weer resulteren in de geestelijke gevangenschap van Jehovah’s volk onder Babylon de Grote. Alleen dan zal er een situatie worden geschapen waarin God ieders aandacht zal hebben zodra Hij spreekt. De openingswoorden van het 41ste hoofdstuk van Jesaja worden bijvoorbeeld gericht tot de natiën nadat de ineenstorting van het huidige systeem zal hebben plaatsgevonden. Daarom daagt Hij hen ook uit om “hun kracht te verzamelen”: Wees stil en luister, eilanden. Laat de volken hun kracht verzamelen. Laat ze dichterbij komen en vervolgens spreken. Laten we bij elkaar komen voor een rechtszaak. Wie heeft iemand laten opstaan van waar de zon opgaat en hem aan Zijn voeten geroepen voor rechtvaardigheid, om volken aan hem uit te leveren en hem koningen te laten onderwerpen? Wie zorgt ervoor dat ze voor zijn zwaard tot stof vergaan, als kaf in de wind voor zijn boog? (Jesaja 41:1-2)

Het Wachttorengenootschap beweert dat de bestemde tijden der natiën om de wereld te mogen regeren al in het jaar 1914 tot een einde kwam en dat Christus toen met zijn boog voorwaarts ging en dat hij sindsdien de natiën aan zich begon te onderwerpen. Jehovah’s Getuigen aanvaarden deze leerstelling zonder enig voorbehoud. Immers, 1.260 X 2 = 2.520. De wiskundige berekening liegt niet, toch? De harde realiteit toont wederom aan dat er helemaal geen indicatie is dat de natiën sindsdien afstand hebben gedaan van hun macht. Integendeel juist. De aardse regeringen oefenen tegenwoordig nog veel meer macht uit dan ooit tevoren. Ze bezitten de macht om vrijwel elke burger te bespioneren en te controleren. Ze bezitten de macht om binnen luttele minuten een immense vuurzee te ontketenen op iedere gewenste locatie op deze aardbol met grootschalige dood en verderf tot gevolg. Welk bewijs is er dat Christus de natiën al aan zich zou hebben onderworpen?

Wat daarnaast nog ongelooflijker is, is het feit dat het Wachttorengenootschap beweert dat God de natiën al bijeen zou hebben geroepen om hen te oordelen. Volgens de leer van het Wachttorengenootschap zou vermoedelijk sinds het jaar 1922 elke persoon op aarde die een politieke aanhanger zou zijn geweest van het huidige systeem al door God zijn veroordeeld en een vonnis hebben ontvangen tot de eeuwige dood.

Het moge dan ook duidelijk zijn dat het een behoorlijke schok zal zijn voor de vele Jehovah’s Getuigen. Het zal voor hen een hele zware opgave gaan worden om deze onzin, die het Wachttorengenootschap al die jaren bij hen heeft ingeprent, uit hun hoofden te verdrijven.

Amen, kom Heer Jezus!