Parousia is een Grieks woord dat in de christelijke Griekse Geschriften wordt gebruikt. Het komt 24 keer voor in het zogenaamde Nieuwe Testament. Het Griekse woord parousia betekent letterlijk ‘aanwezig zijn’. De meeste vertalingen hebben parousia verkeerd vertaald als ‘komst’, zoals in de wederkomst van Christus.

De nieuwe Wereldvertaling vertaalt parousia consequent met ‘aanwezigheid’. Dat komt omdat aanwezigheid in contrast staat met afwezigheid. Paulus schreef bijvoorbeeld aan de Filippenzen: “Mijn lieve vrienden, jullie zijn altijd gehoorzaam geweest toen ik bij jullie was,* en nu ik er niet ben zijn jullie dat nog veel meer. Blijf met vrees en beven aan je eigen redding werken. (2:12)

C.T. Russell begreep het verschil tussen de Griekse woorden parousia en erkhomai, waarbij het laatste wordt vertaald met ‘komst’ of ‘aankomst’. Zodra iemand die komt, is aangekomen, is hij aanwezig. Dat is geen moeilijk concept om te begrijpen.

Om onverklaarbare redenen stelde de oprichter van het Wachttorengenootschap zich echter voor dat de tweede aanwezigheid van Christus, zoals daar jarenlang naar werd verwezen, onzichtbaar zou zijn. Russell overtuigde zijn volgelingen zelfs ervan dat de aanwezigheid van de Zoon des mensen in 1874 was begonnen. Hoewel die datum inmiddels is bijgesteld naar 1914, blijft het Wachttorengenootschap resoluut volhouden dat de tweede aanwezigheid onzichtbaar is. Hoe zouden ze iets anders kunnen leren, aangezien niemand met gezond verstand Jezus heeft gezien?

Eén ding is zeker: er bestaat veel onwaarheid, verwarring en misverstand over de wederkomst van Christus. Hoe kan het ook anders? Heeft Jezus zijn discipelen hier niet voor gewaarschuwd? Het is ontnuchterend dat toen de apostelen Jezus vroegen naar het teken van zijn aanwezigheid, het eerste wat hij zei was: “Jezus antwoordde: ‘Pas op dat niemand je misleidt,+ 5  want er zullen velen komen die mijn naam gebruiken en zeggen: “Ik ben de Christus”, en ze zullen veel mensen misleiden.+ 6  Jullie zullen horen van oorlogen en berichten van oorlogen. Raak niet in paniek, want die dingen moeten gebeuren, maar het is nog niet het einde.”-Mattheus 24:4-6

Nu is hier een vraag die Jehovah’s Getuigen misschien verontrustend zullen vinden: heeft pastor Russell de Bijbelonderzoekers misleid met betrekking tot de aanwezigheid van Christus die in 1874 begon? Het antwoord is duidelijk ja. Was dat sluw en opzettelijk? Waarschijnlijk niet. Maar Russell kwam zeker op basis van de naam van Christus. Hij werd zelfs als de enige getrouwe en beleidvolle slaaf beschouwd.

Aangezien Jezus zich specifiek richt tot de geroepenen die op aarde zullen zijn wanneer de Zoon des mensen komt en aanwezig is, en vóór zijn komst als een dief in de nacht allen die geroepen zijn in de gemeente van de eerstgeborenen in de hemelen zijn ingeschreven, moet de misleidende invloed waarvoor Christus waarschuwde, uit de gemeente zelf komen.

Wat is de basis voor de leer van het Wachttorengenootschap dat de parousia onzichtbaar is? Het wordt als waarheid aanvaard dat er geen reden is voor Jezus om in het vlees terug te keren, en aangezien geesten onzichtbaar zijn, moet zijn terugkeer ook onzichtbaar zijn voor het menselijk oog.

Is dat alles? Is het zo eenvoudig? Nee. Jezus sprak over zijn openbaring. Wat wordt er bedoeld met openbaring of onthulling? Is het redelijk dat er een onzichtbare onthulling is? Wie zou zo’n absurditeit geloven? Helaas doen miljoenen Jehovah’s Getuigen onder invloed van het Wachttorengenootschap dat wel.

IS DE OPENBARING HETZELFDE ALS DE PAROUSIA?

In het 17e hoofdstuk van Lucas sprak Jezus over zijn tweede komst. Dat was bij een andere gelegenheid toen de discipelen met Jezus op de Olijfberg waren en hem vroegen om het teken van zijn parousia. Toen hem werd gevraagd naar de komst van het Koninkrijk, antwoordde Jezus dat het niet met opvallende waarneembaarheid zou komen, en hij vervolgde: “‘Er komt een tijd dat jullie ernaar zullen verlangen een van de dagen van de Mensenzoon te zien, maar jullie zullen die niet zien. 23  En mensen zullen tegen je zeggen: “Kijk daar!” of: “Kijk hier!” Ga er niet heen en loop niet achter ze aan.24  Want net zoals de bliksem de hemel van de ene tot de andere kant oplicht, zo zal de Mensenzoon zijn in die tijd.” Vs 22

Let wel dat Jezus verwijst naar “zijn dag”. Welke dag is dat? Elders in de Schrift verwijst de apostel Paulus naar de dag van Jezus Christus en de dag van de Heer. Ook in Openbaring wordt de term “de dag van de Heer” gebruikt. Het is redelijk om aan te nemen dat de “dag” van Jezus Christus en de dag van de Heer hetzelfde zijn.

Bij het bespreken van het besluit van het samenstel in het 24e hoofdstuk van Mattheüs zei Jezus iets heel soortgelijks als in Lucas, alleen iets anders geformuleerd: “zo zal de aanwezigheid van de Zoon des mensen zijn.” De aanwezigheid van de Zoon des mensen is dus hetzelfde als de “dag” van de Zoon des mensen, ook wel de dag van de Heer genoemd.

Verder vergeleek Jezus zijn aanwezigheid met de dagen van Noach en de dag dat Lot uit Sodom kwam. En toen zei Jezus: “Maar op de dag dat Lot uit Sodom vertrok, regende het vuur en zwavel uit de hemel, waardoor ze allemaal werden vernietigd.30  Zo zal het ook gaan op de dag waarop de Mensenzoon wordt geopenbaard.” – Lucas 17:29-30

Terugkomend op het verslag van Mattheüs, zei Jezus: “Van die dag en dat uur weet niemand iets af, ook de engelen in de hemel en de Zoon niet, maar alleen de Vader. 37  De aanwezigheid van de Mensenzoon zal zijn als de tijd van Noach.” Mattheus 24:36-37

Als we dogma’s en het onredelijke, on-Bijbelse geloof dat alles wat de trouwe slaaf zegt waar is, terzijde schuiven, en als we eerlijk en verstandig zijn in het toetsen van de geïnspireerde uitspraken om te zien of ze van God afkomstig zijn, zullen we tot de onvermijdelijke conclusie komen dat de parousia hetzelfde is als de openbaring van de Zoon des mensen. Nu vraag ik u nogmaals: is het verstandig dat de openbaring van de Zoon des mensen onzichtbaar is?

Dit wil niet zeggen dat iedereen de Zoon des mensen zal ervaren wanneer hij wordt geopenbaard. Toen Jezus op de avond van zijn arrestatie tot zijn apostelen sprak, zei hij duidelijk: “Ik laat jullie niet als wezen achter. Ik kom bij jullie terug. 19  Nog een korte tijd en de wereld zal mij niet meer zien, maar jullie zullen mij wel zien, want ik leef en jullie zullen leven. 20  Op die dag zullen jullie weten dat ik in eendracht ben met mijn Vader en jullie in eendracht zijn met mij en ik in eendracht ben met jullie.” – Johannes 14:18-20

Het is een feit dat geen enkele ongelovige Jood Jezus heeft gezien nadat hij was opgestaan. Alleen degenen die vóór zijn dood geloofden dat Jezus de Zoon van God was, hadden het voorrecht om hem na zijn opstanding te zien. Ongeveer 500 van zijn discipelen hebben hem toen gezien. Maar de context van het 14e hoofdstuk van Johannes heeft te maken met de wederkomst van Jezus, zoals Jezus in de eerste verzen van dat hoofdstuk zegt: ” In het huis van mijn Vader zijn veel woningen. Als dat niet zo was, zou ik het jullie hebben gezegd. Ik ga weg om een plaats voor jullie in orde te maken. 3  Maar als ik wegga en een plaats voor jullie in orde maak, zal ik terugkomen en jullie met me meenemen, zodat ook jullie kunnen zijn waar ik ben. 4  En waar ik naartoe ga, daarheen weten jullie de weg.”

Het is belangrijk op te merken dat Jezus zei dat hij “terug zou komen”. Aangezien Jezus in vers 18 zei: “Ik kom naar jullie toe”, wat, zoals reeds gezegd, kan worden opgevat als vervuld toen Jezus aan zijn discipelen verscheen in de loop van de veertig dagen voordat hij ten hemel voer, blijft het feit dat wanneer hij ‘terugkomt’, dit “de tweede keer dat hij verschijnt” zal zijn, zoals Paulus in Hebreeën 9:28 zegt. Dat is wanneer de Zoon des mensen zichtbaar aan de uitverkorenen zal worden geopenbaard.

Hoewel we met zekerheid kunnen uitsluiten dat Jezus zich opnieuw in het vlees zal manifesteren, zoals hij deed na zijn opstanding, moeten we niet de absurde gedachte omarmen dat, omdat geesten onzichtbaar zijn voor het menselijk oog, de openbaring van de Zoon des mensen onzichtbaar zal zijn. Geesten kunnen zich op verschillende manieren manifesteren. Zo zag Saulus/Paulus op de weg naar Damascus de manifestatie van Jezus na zijn hemelvaart niet als een mens, maar als een geest. Hij is de enige mens die Christus in die gedaante heeft gezien. Paulus was drie dagen blind als gevolg van zijn ontmoeting. Later zei Paulus dat zijn ontmoeting met de bovenmenselijke Christus was alsof hij te vroeg geboren was.

WANNEER IS DE PAROUSIA EN DE OPENBARING VAN CHRISTUS?

Jehovah’s Getuigen zijn bekend met het 24e hoofdstuk van het boek Mattheüs – misschien wel te bekend. Wat ik bedoel is dat we iets misschien vele malen lezen en horen uitleggen en dan aannemen dat we het begrijpen. Maar dat is niet altijd het geval. De discipelen hoorden Jezus duidelijk spreken over zijn reis naar Jeruzalem en zijn dood door de Joden. Ze hoorden het, maar ze begrepen niet wat Jezus zei. Dat kwam omdat ze bepaalde aannames in hun hoofd hadden over de nabijheid van het Koninkrijk. Hoe kon de koning worden gedood en toch in zijn koninkrijk regeren? Met dat in gedachten…

Toen Jezus zijn discipelen, en bij uitbreiding ons, vertelde dat volk tegen volk en koninkrijk tegen koninkrijk zou opstaan, samen met voedseltekorten, pest en grote aardbevingen, waren dat dan de tekenen van zijn aanwezigheid? Jehovah’s Getuigen zullen zonder aarzelen “ja” antwoorden. Vervolgens zullen ze verwijzen naar 1914 en het uitbreken van de Grote Oorlog (later omgedoopt tot de Eerste Wereldoorlog) en de Spaanse griep als ‘bewijs’ dat de onzichtbare parousia is begonnen. Maar daar kleeft een probleem aan. Jezus zei dat deze dingen slechts het begin waren van de weeën van de geboorte.

Wat Jezus daarna zei, mag niet over het hoofd worden gezien. De Heer zei: “Dan zullen mensen jullie overleveren aan verdrukking en jullie doden, en jullie zullen door alle volken gehaat worden omwille van mijn naam. Ook zullen velen struikelen en elkaar verraden en elkaar haten.”

In de andere evangelieverslagen was Jezus nog specifieker. Hij gaf aan dat de uitverkorenen in de synagogen geslagen zouden worden en dat de ene broer de andere broer zouden verraden. Familieleden zouden zelfs hun geliefden overleveren om ter dood te worden gebracht.

Let nu op wat Jezus over al deze dingen zei: “Zo weten jullie ook, als jullie al die dingen zien, dat hij voor de deur staat. 34  Ik verzeker jullie dat deze generatie niet zal verdwijnen voordat al die dingen gebeuren. – Mattheüs 24:33-34

Hebben wij “al deze dingen” gezien? Het Wachttorengenootschap doet tegenstrijdige uitspraken. Soms zeggen ze van wel, en soms zeggen ze van niet. Hoe dan ook, aangezien al deze dingen niet begonnen zijn, zelfs niet als de Eerste Wereldoorlog het begin van de weeën was, hoe kan het dan dat de fundamentele leer van het Wachttorengenootschap is dat een onzichtbare parousia in 1914 begon?

Wat bedoelde Jezus met de uitdrukking “hij is nabij, aan de deur”? Als u een gast verwacht en die is nabij uw deur, is hij dan al gearriveerd? Ja en nee. Het doel van zijn komst naar uw deur is vermoedelijk dat hij uw huis binnenkomt en bij u is. Laten we nu eens kijken naar dezelfde analogie die Jezus in Openbaring gebruikte. Toen Jezus op de dag des Heren tot de gemeente in Laodicea sprak, zei hij: “Kijk! Ik sta voor de deur en klop. Als iemand mijn stem hoort en de deur opendoet, zal ik in zijn huis komen en de avondmaaltijd met hem eten en hij met mij. – Openb. 3:20

Laten we samen redeneren. Wat betekent het als Jezus bij hem binnenkomt en met hem eet? Is Jezus bij een gezalfde christen “binnengekomen”? Nee. Zoals Jezus aan zijn apostelen in het 14e hoofdstuk van Johannes uitlegde, ging hij weg om een plaats te bereiden in het huis van zijn Vader, waar vele woningen zijn. Dus als Christus het huis van een christen binnenkomt, betekent dat eigenlijk dat hij gekomen is om hen thuis te halen, zodat zij een permanente verblijfplaats krijgen in het huis van de Vader, zelfs terwijl zij nog op aarde zijn – of, zoals Jezus zei: “Nog een korte tijd en de wereld zal mij niet meer zien, maar jullie zullen mij wel zien,+ want ik leef en jullie zullen leven. 20  Op die dag zullen jullie weten dat ik in eendracht ben met mijn Vader en jullie in eendracht zijn met mij en ik in eendracht ben met jullie.” – Johannes 14:19-20

Zeker zullen al die 144.000 Jezus in de hemel zien en met zekerheid weten dat zij in eenheid zijn met de Vader en de Zoon. Dat zij Jezus zien, heeft te maken met wanneer Hij terugkomt om hen thuis te halen. 

Hoe weten we dat dit huwelijksbezoek, dat door het kloppen van de Heer wordt ingeluid, nog niet heeft plaatsgevonden? Ten eerste omdat we nog niet alles hebben gezien wat Jezus heeft voorspeld. In werkelijkheid hebben we nog niets van deze dingen gezien, maar zelfs als we sommige dingen hebben gezien, hebben we nog niet alles gezien, wat een voorwaarde is voor het kloppen. Ten tweede gebruikte Jezus een soortgelijke illustratie in het twaalfde hoofdstuk van Lucas, waar hij zei: 

“Zorg dat je klaarstaat en dat je lampen branden. 36  Jullie moeten zijn als slaven die op hun meester staan te wachten tot hij terugkomt van de bruiloft, zodat ze meteen kunnen opendoen als hij komt en aanklopt. 37  Gelukkig zijn de slaven die op de uitkijk staan als de meester komt! Ik verzeker jullie: hij zal zich omkleden, hen aan tafel uitnodigen en bij hen komen om hen te bedienen.”  (Vs 35-37)

Merk op dat Jezus, net als in Openbaring, zijn komst illustreert door aan te kloppen bij degenen die klaar staan en wachten op de terugkeer van de meester. En als zij hem opendoen, zal de Heer hun woning binnengaan. En wat doet hij dan? Hij zal “naast hen komen staan” en hen bedienen terwijl zij aan tafel liggen. Hopelijk zijn de lezers scherpzinnig genoeg om te begrijpen wat het betekent dat Jezus “naast hen komt staan”.

Nu de vraag: wat leert het Wachttorengenootschap over Jezus’ komst op een uur dat zijn discipelen onwaarschijnlijk achten? Het Wachttorengenootschap leert dat Jezus niet als een dief in de nacht is gekomen om zijn slaven ter verantwoording te roepen. En dat is zeker waar. Maar aangezien Jezus’ komst en aankloppen en zijn komst naast de uitverkorenen nog niet heeft plaatsgevonden, hoe kan het dan dat het Wachttorengenootschap beweert dat Jezus in 1914 naast de gezalfde christenen kwam staan?

Ten slotte voorspelde Paulus dat Jezus’ komst als een dief in de nacht zou worden aangekondigd door een unieke gebeurtenis. De geïnspireerde apostel voorspelde: “Als ze zeggen: ‘Vrede en veiligheid!’, dan worden ze plotseling getroffen door een onverwachte vernietiging, zoals een zwangere vrouw door weeën, en ze zullen er beslist niet aan ontkomen.”– 1 Thessalonicenzen 5:3

Die barensweeën moeten dezelfde zijn als het “begin van de weeën” die Christus voorspelde, die aangeven dat de dag des Heren is aangebroken. En wanneer al deze dingen zijn gebeurd, die tot de verdrukking leiden, zal de Zoon des mensen worden geopenbaard en zal het nieuwe verbond worden gesloten – gesymboliseerd door Christus die het avondmaal deelt met hen die de deur openen wanneer hij klopt, en Jezus het avondmaal met hen deelt.

Het wordt al laat. Het is zeker al de derde nachtwake.