Dagtekst vrijdag 9 februari 2024
Laat de zon niet ondergaan terwijl je nog boos bent. — Ef. 4:26.
Als er een verbod geldt, kan het nodig zijn in kleinere groepen samen te komen. In zo’n geval is het belangrijker dan ooit onderling de vrede te bewaren. Satan is de vijand, niet je broeder of zuster. Zie de fouten van je broeders en zusters door de vingers of probeer meningsverschillen snel bij te leggen (Spr. 19:11). Neem het initiatief om elkaar te helpen (Tit. 3:14). Toen een zuster hulp kreeg van haar velddienstgroep, had dat een positieve impact op de hele groep. Ze werden hechter, net als een familie (Ps. 133:1). Er zijn tienduizenden broeders en zusters die Jehovah dienen ondanks beperkingen van overheidswege. Sommigen van hen zijn vanwege hun geloof gevangengezet. Bid voor hen, voor hun familie en voor degenen die hun eigen vrijheid riskeren om ze geestelijk, materieel en juridisch bij te staan (Kol. 4:3, 18). Onderschat nooit hoeveel kracht je gebeden hebben! (2 Thess. 3:1, 2; 1 Tim. 2:1, 2) w22.12 26-27 ¶15-16
De hele wereld is overspoeld met leugens. Leugens zijn geïnstitutionaliseerd. Neem nou bijvoorbeeld eens de Drie-eenheid. Het grote kerkelijke bestel heeft deze leugen sterk verankerd als zijnde een kerndoctrine die het christendom definieert. Jehovah’s Getuigen worden door sommigen beschouwd als niet-christelijk omdat Jehovah’s Getuigen niet bereid zijn om hun leugens te accepteren over de relatie tussen Jehovah God en Jezus Christus. Tegelijkertijd is het zo dat het Wachttorengenootschap ook haar eigen institutionele leugens sterk heeft verankerd. Eén van de heersende leugens is dat Jehovah’s Getuigen zich op dit moment al zouden bevinden in het bijbelse ‘geestelijke paradijs‘. Het is een feit dat er moeite moet worden gedaan om alle bestaande leugens in stand te houden. Regelmatig duiken er tegenstrijdigheden op die voor de massa’s mensen moeten worden verborgen. Er moeten dan weer nieuwe leugens worden verzonnen om de bestaande breuken en scheuren in het oude weefsel van de oorspronkelijke leugens mee te camoufleren.
Wat betreft de kwestie omtrent het geestelijk paradijs, is het Wachttorengenootschap genoodzaakt geweest om opnieuw te definiëren wat het geestelijk paradijs precies betekent. Dit komt ongetwijfeld omdat ik in een zekere mate de valsheid van hun doctrine publiekelijk heb blootgelegd. De weergave in de Bijbel ten aanzien van het geestelijke paradijs is helder. Het geestelijke paradijs betreft een bepaalde toestand waarin geen slechte personen aanwezig zijn. Punt uit! Deze toestand valt menselijkerwijs onmogelijk te bereiken. De Bijbelse profetie onthult dat er tijdens de meest duistere periode in de geschiedenis een geestelijk toevluchtsoord zal ontstaan. Dit geestelijke toevluchtsoord zal pas tot stand komen wanneer de engelen alle slechte en goddeloze mensen er fysiek van zullen weerhouden om de gemeente van Christus binnen te treden.
Beschouw nu eens het bovenstaande commentaar van het Wachttorengenootschap. Het Wachttorengenootschap gaat er prat op dat liefde de overhand heeft binnen hun eigen kunstmatige geestelijke paradijs. Oké, als dat waar zou zijn, waarom vindt het Wachttorengenootschap het volgens hun bovenstaande commentaar op de dagtekst dan nodig om christenen die ‘onder een verbod leven’ te adviseren om vooral niet met elkaar op de vuist te gaan en om “onderling de vrede te bewaren”? Is er binnen dit zogenaamde ‘neo-Edensche paradijs’ van het Wachttorengenootschap dan sprake van allerlei onbeduidende ruzies, onderlinge strijd, onenigheid, gekibbel en twist? Zo ja, wat is dan het grote verschil met de situatie in de wereld waarin het recht van de sterkste geldt en waar het ‘ieder voor zich’ is?
Het feit waar het hier om gaat is dat het geestelijke paradijs van het Wachttorengenootschap compleet faalt zodra het daadwerkelijk op de proef wordt gesteld. En dat het op een spectaculaire wijze zal gaan falen zal pas echt duidelijk gaan worden zodra blijkt dat alle dingen die het Wachttorengenootschap beweert over 1914 als zijnde “de belangrijkste datum in de hele menselijke geschiedenis” in de nabije toekomst compleet zal worden weggevaagd als gevolg van de dingen die binnenkort over de gehele aarde zullen komen. Dan zullen de woorden van Jezus pas werkelijkheid gaan worden: “Dan zullen mensen jullie uitleveren, onderdrukken en doden, en jullie zullen vanwege mijn naam door alle volken worden gehaat. Ook zullen velen dan struikelen, elkaar verraden en elkaar haten. Er zullen veel valse profeten verschijnen en zij zullen velen misleiden. En omdat de mensen steeds wettelozer zullen worden, zal de liefde van de meesten bekoelen.” (Mattheüs 24:9-12)
Het onderstaande gedeelte betreft het volgende deel van de eerdere bespreking van het Wachttoren-studieartikel uit de april 2024 uitgave, getiteld: “Verlaat nooit het geestelijke paradijs”
In alinea 7 staat het volgende geschreven:
7 Gelukkig en tevreden. We kunnen ‘juichen’ omdat we Jehovah heel dankbaar zijn. (Lees Jesaja 65:14.) Aanbidders van Jehovah hebben ‘vreugde in hun hart’ omdat ze de opbouwende waarheden en geruststellende beloften uit de Bijbel kennen en op basis van Christus’ loskoopoffer een vaste hoop hebben. Het maakt ons echt gelukkig met elkaar over die dingen te praten (Ps. 34:8; 133:1-3).
Het lezen van slechts een klein gedeelte uit de profetie en vervolgens impliceren dat deze profetie al zou zijn vervuld, kan problematisch zijn. Laten we daarom Jesaja 65:14 eens daadwerkelijk lezen. Er staat: “Mijn dienaren zullen juichen vanwege de vreugde in hun hart, maar jullie zullen het uitschreeuwen vanwege jullie hartenpijn en jullie zullen jammeren vanwege een gebroken geest.”
Wanneer we “mijn dienaren” identificeren als zijnde de Jehovah’s Getuigen in deze tijd, dan zou daarmee dus ook de vraag moeten rijzen: wie wordt er dan bedoeld met “jullie” tot wie Gods veroordeling is gericht? En wanneer we dan toch bezig zijn volgt hier ook nog een tweede vraag: Indien Jehovah’s Getuigen degenen zouden zijn die “juichen vanwege de vreugde”, wie zijn dan precies diegenen die zullen lijden aan hartenleed en die het zullen uitschreeuwen en die zullen jammeren en weeklagen vanwege de inzinking van hun eigen “gebroken geest”?
Zoals altijd moedig ik geïnteresseerde personen aan om de hele bijbehorende context goed te lezen. Let in dit geval goed op wat er in het laatste deel van vers 12 staat opgetekend. Er staat: “Daarom bestem ik jullie voor het zwaard en jullie zullen je allemaal neerbuigen om afgeslacht te worden. Want ik riep, maar je antwoordde niet, ik sprak, maar je luisterde niet. Jullie bleven doen wat slecht was in mijn ogen en kozen voor wat ik afkeurde.” (Jesaja 65:12)
Stelt u zich eens voor dat God u op uw mobiele telefoon zou opbellen en dat u Hem zou wegdrukken en Hem vervolgens ook niet meer terug zou bellen. Dit voorbeeld klinkt in eerste instantie natuurlijk als iets belachelijks, maar het illustreert tegelijkertijd wel een heel belangrijk punt. Dat God tot ons spreekt beperkt zich niet slechts tot het lezen van de Bijbel, althans niet in de nabije toekomst zodra Christus komt om zijn dienaren ter verantwoording te roepen. Heeft Jezus zijn komst dan niet vergeleken met een meester die naar zijn huis terugkeert en die de verwachting heeft dat hij zijn huisgezin op orde zal aantreffen?
Jesaja liet ons al kennismaken met het concept van de ‘Grootse Onderwijzer’ die levensreddende instructies verstrekt aan zijn volk, alsof hij roept van achter zijn dwalende volk en hen aanspoort om zich om te keren en om een andere richting in te slaan. Dit in tegenstelling tot de onvolwassen interpretatie van het Wachttorengenootschap. Het Wachttorengenootschap interpreteert dit vers namelijk door te verklaren dat het hier zou gaan om een woord dat van God afkomstig is en dat klinkt alsof het woord van achter ons vandaan komt. Volgens het Wachttorengenootschap zou hiermee worden bedoeld dat wanneer we de Bijbel lezen, dat God als het ware van achter ons roept, aangezien de Bijbel al hééééél lang geleden is geschreven. Maar nee. Met dit vers wordt bedoeld dat God een oproep zal doen aan degenen die Hij tot dan toe heeft erkend als zijn dienaren. God zal, door middel van Jezus Christus, buiten de grenzen van de Bijbel om spreken. Of, wellicht beter geformuleerd: de komst van Christus zal ertoe leiden dat het oordeel in werking zal treden. Het oordeel dat van tevoren in de Bijbel werd opgetekend, zoals vervat in het boek Jesaja.
Jezus sprak toen over deze oordeelskwesties en hij illustreerde dit ook door zijn komst te vergelijken met een oogst. Jezus legde uit: “De vijand die het onkruid zaaide, is de Duivel. De oogst betekent het einde van een tijdperk, en de oogsters zijn engelen. Zoals het onkruid wordt verzameld en verbrand, zo zal het ook gaan aan het einde van het tijdperk. De Mensenzoon zal zijn engelen eropuit sturen, en ze zullen alle struikelblokken en iedereen die wetteloos leeft, uit zijn Koninkrijk verzamelen en in de brandende oven gooien. Daar zullen ze jammeren en knarsetanden. In die tijd zullen de rechtvaardigen zo helder als de zon stralen in het Koninkrijk van hun Vader. Laat iedereen die oren heeft, goed luisteren.” (Mattheüs 13:39-43)
Maar wat betekent dan het ‘jammeren en knarsetanden’? Dit slaat op het gehuil en het gejammer dat het resultaat zal zijn van het feit dat er een ineenstorting van de geest, oftewel “een gebroken geest” heeft plaatsgevonden, zoals werd voorzegd in het 65ste hoofdstuk van Jesaja. Degenen die geen gehoor zullen gaan geven aan de oproep van Christus, zijn de handlangers van de Duivel. Het zijn de goddeloze slaven die uit het huis van de Meester zullen worden gegooid en die zullen jammeren en knarsetanden omdat ze zich op dat moment zullen realiseren dat ze niet alleen zijn voorbestemd om te worden afgeslacht – zoals vermeld in Jesaja – maar daarnaast zullen ze zich dan ook realiseren dat ze zullen zijn veroordeeld tot de eeuwige vergetelheid, namelijk: de tweede dood.
Het zal dan ook deze oogst zijn die ertoe zal leiden dat de uitverkorenen op dat moment zo helder zullen gaan stralen als de zon in Jehovah’s Koninkrijk. Zij zullen diegenen zijn die op dat moment “zullen juichen vanwege de vreugde in hun hart “ – harten die op een bepaalde manier door Jehovah zullen worden getransplanteerd, waarbij hun oude harten van steen worden verwisseld door harten van vlees, zoals ook wordt beschreven in Ezechiël: “Ik zal ze een verenigd hart geven en ik zal een nieuwe geest in ze leggen. Ik zal het hart van steen uit hun lichaam verwijderen en ze een hart van vlees geven, zodat ze mijn voorschriften en bepalingen naleven en die gehoorzamen. Dan zullen ze mijn volk zijn en zal ik hun God zijn.” (Ezechiël 11:19-20)
Het lijkt er sterk op dat de woorden van Jezus gericht zijn tot degenen die zichzelf wijsmaken dat ze op dit moment al met vreugde in hun hart zouden verblijven in het kunstmatige geestelijke nep-paradijs van het Wachttorengenootschap: “Maar wee jullie die rijk zijn, want jullie hebben je deel al gehad. Wee jullie die nu verzadigd zijn, want jullie zullen honger lijden. Wee jullie die nu lachen, want jullie zullen treuren en huilen. Wee jullie wanneer alle mensen positief over je praten, want dat deden hun voorvaders ook over de valse profeten.” (Lukas 6:24-26)
Leave A Comment