Opmerking van de Nederlandse vertalers: Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op 7 juni 2014.
Wees daarom vrolijk, hemel en jullie die daarin wonen! Wee de aarde en de zee, want de Duivel is naar jullie neergedaald. Hij is woedend, omdat hij weet dat hij nog maar weinig tijd heeft.’ (Openbaring 12:12)
De wereld die we allemaal bewonen staat op het punt te veranderen op manieren die letterlijk onvoorstelbaar zijn. Een totaal globaal systeem – de beschaving zelf – staat op het punt om in een terminale doodsreutel te raken en uiteindelijk zelfs te overlijden.
Op ieder willekeurig moment kan het financiële kaartenhuis, dat wil zeggen het geroemde Londen-Wall Street-systeem dat is gebouwd op virtueel geld, op gewelddadige wijze in elkaar storten. Het is tenslotte nauwelijks een geheim dat het hele bankensysteem in Europa en Amerika hopeloos failliet is en ook dat dit systeem slechts tijdelijk overeind wordt gehouden door middel van massale fraude.
Die onontkoombare realiteit drijft de bewaarders van het rijk ertoe om hun handlangers en oplichters binnen verschillende machtige kringen en instellingen te mobiliseren teneinde hen aan te sturen tot het aanwakkeren van een wereldwijde oorlogvoering – als een laatste wanhopige poging om ervoor te zorgen dat het rijk de naderende, rampzalige ondergang van valuta zal overleven. Daartoe zijn de politieke-, propaganda-, financiële en cyberoorlogen al begonnen.
Echter zal de onvermijdelijke en schrikbarend snelle ineenstorting van de leidende natiën van deze wereld slechts de zichtbare manifestatie zijn van iets dat nog veel ingrijpender en diepgaander is. En dat is de epische verdrijving van Satan de Duivel en al zijn goddeloze engelen uit Jehovah’s hemelse hof voordat ze gedurende duizend jaar zullen worden opgesloten om daarna definitief te worden vernietigd. Per slot van rekening is het zo dat rijken en beschavingen komen en gaan, maar de omverwerping van Satan is daarentegen iets monumentaals.
Hun langverwachte verdrijving uit de hemelse gewesten zal plaatsvinden als een direct gevolg van de komst en het aan de macht komen van het koninkrijk van Christus, waar al zo ontzettend lang om gebeden wordt. De omverwerping van Satans goddeloze rijk, dat in de Apocalyps wordt gesymboliseerd als een vurige zevenkoppige draak, zal een profetische periode inluiden die in de Schrift op verschillende manieren wordt beschreven als “de tijd van het einde“, “het einde van de dagen“, de “het einde van het tijdperk”, “de laatste dagen”, Satans „korte tijd” en het „uur van beproeving”.
Hoewel vele personen die beweren in de Schrift te geloven feitelijk de mythologie over Satan uit de Middeleeuwen geloven – waarbij Satan de sadistische opzichter zou zijn van een ondergrondse, door kolen gestookte martelkamer – onthult de Schrift daarentegen dat de demonen momenteel nog in de hemel verblijven.
Nadat Jezus de 70 had uitgezonden en zij naar hem terugkeerden en melden dat de demonen zich zelfs aan hen hadden onderworpen, verklaarde Jezus dat hij Satan al beschouwde als uit de hemel geworpen als een bliksemschicht. Het moge echter duidelijk zijn dat Christus hier niet bedoelde dat de Duivel op dat moment al daadwerkelijk naar beneden was geslingerd: alleen dat Gods doel met betrekking tot het scheppen van een koninkrijk was gevorderd en dat het potentieel ervan werd gedemonstreerd door middel van de macht die was verleend aan de schijnbare erfgenamen van dit koninkrijk.
Daarnaast zijn er ook nog andere mensen die de overtuiging hebben dat de goddeloze geesten al lang geleden uit de hemel zouden zijn verdreven, toen Jezus nog op aarde rondliep. Het boek Openbaring betreft echter een onthulling van “de dingen die binnenkort moeten gebeuren“ tijdens de dag van de Heer. Of anders gezegd: bij de tweede komst (parousia) van Jezus.
Er is beslist niets dat iemand in de geschiedenis zou kunnen aanwijzen als bewijs dat de aarde en de zee zijn onderworpen aan grote weeën of dat christenen zouden zijn overwonnen en gedood door het beest (zie Openbaring 11:7-10).
Bovendien, toen Jezus afscheid nam van zijn discipelen, vertelde hij hun dat hij een plaats voor hen ging voorbereiden, dat waar hij was, zij ook zouden zijn. Het is duidelijk dat het verwijderen van Satan en zijn demonen een noodzakelijke voorbereiding betreft die moet plaatsvinden vóórdat Jezus zijn maagdelijke bruid mee naar huis brengt (zie Johannes 14:2,3)
Natuurlijk weten we dat het Wachttorengenootschap vrijwel de gehele afgelopen eeuw het jaar 1914 heeft aangewezen als het cruciale jaar waarin het koninkrijk van God begonnen zou zijn met regeren, toen het satanische leger op gewelddadige wijze uit de hemel zou zijn geslingerd. Maar welk bewijs ligt er dan aan ten grondslag om die gewaagde bewering van het Wachttorengenootschap te kunnen ondersteunen?
Grotendeels is het geloof in 1914 gebaseerd op een misleidende toepassing van chronologie. Het Wachttorengenootschap leert dat de zeven tijden van Nebukadnezars waanzin eigenlijk van toepassing zijn op de “vastgestelde tijd van de heidenen”, waarover Jezus sprak in Lukas 21:24, wanneer het de natiën zal worden toegestaan om Jeruzalem te mogen vertrappen, waarbij “Jeruzalem” symbool staat voor het Koninkrijk .
Maar het onderliggende uitgangspunt van die twijfelachtige chronologie is uiterst gebrekkig, om de doodeenvoudige reden dat er absoluut geen rechtvaardiging bestaat om te veronderstellen dat Jezus zou hebben verwezen naar de verwoesting van Jeruzalem door de Chaldeeën vijf eeuwen eerder, toen zijn discipelen duidelijk wilden weten wanneer de herbouwde stad Jeruzalem en haar herstelde tempel in de toekomst zouden worden afgebroken!
In de bijbehorende context, toen Jezus zei: “en Jeruzalem zal door de heidenen worden vertrapt totdat…”, gaf hij ook overlevingsinstructies. Het is dan ook simpelweg ondenkbaar dat de apostelen zouden hebben verondersteld dat Jezus hier zou hebben bedoeld dat Jeruzalem op dat moment al werd vertrapt door de natiën (wat Jehovah’s Getuigen dus wel geloven). Als het zo zou zijn geweest dat ze de woorden van Jezus toen zo hadden opgevat, wat zou het dan voor zin hebben om Jeruzalem te verlaten toen het walgelijke ding op een heilige plaats kwam te staan? (Dat wil niet zeggen dat de vastgestelde tijden ook in 70 na Chr. begonnen. Zie ook hoofdstuk 2 genaamd “De tijden der Heidenen” uit het boek “Jehovah zelf is Koning geworden”)
Ten tweede zouden Jehovah’s Getuigen kunnen wijzen naar de Grote Oorlog en de Spaanse grieppandemie die de wereld van 1914 tot 1919 verwoestte als zijnde hét bewijs dat de ruiters van de Apocalyps toen al aan hun dodelijke veldtocht begonnen. Maar helaas is er voor de Jehovah’s Getuigen ook een heel eenvoudige methode om zelf te kunnen bepalen of die stelling waar is of niet. Toegegeven, dit is dan wel op voorwaarde dat diegene eerlijk en oprecht zijn verstand en redeneringsvermogen gebruikt!
WANNEER WORDT DE MARKERING 666 GEGEVEN?
Denk hier eens over na: wanneer het moment aanbreekt waarop Christus zijn machtspositie inneemt, breekt er een grote oorlog uit tussen de engelen en de demonen. Echter zal de Aartsengel en zijn leger als overwinnaars uit deze strijd komen waarop Satan en zijn engelen zullen worden gedwongen om een laatste stelling in te nemen op onze kleine planeet. Onmiddellijk nadat ze naar beneden worden geslingerd, zal de draak een poging doen om de “vrouw” en “de overgeblevenen van haar zaad” uit te roeien – en zal oorlog tegen hen voeren gedurende de profetische periode van drie en een half jaar.
De mensheid is gedwongen het merkteken van het wilde beest te aanvaarden, met de bedoeling dat „niemand zou kunnen kopen of verkopen behalve iemand die het merkteken, de naam van het wilde beest of het nummer van zijn naam heeft”. Maar hier moet wel een prijs voor worden betaald! Jehovah beschouwt degenen die het merkteken aanvaarden als getroffen door „een schadelijke en kwaadaardige zweer”. Sinds 1922 zijn ze in het openbaar gemarkeerd als degenen die de levende God hebben verworpen.” – Openbaring – Haar grootste climax is nabij! (Opmerking van de vertaler: aangezien het Wachttorengenootschap herzieningen heeft aangebracht in het Openbaring-boek, is deze opmerking niet meer terug te vinden in de huidige versie die op jw.org te vinden is)
De zichtbare manifestatie van Satans omverwerping in het onzichtbare rijk wordt op aarde weerspiegeld wanneer de kop van het wilde beest iets oploopt wat lijkt op een dodelijke wond. Maar daarna herleeft het beest en voert het een succesvolle oorlog tegen de heiligen gedurende drie en een half jaar. De opwekking van het beest initieert ook het oordeel over de natiën en de 666-markering. De Schrift is heel duidelijk door te stellen dat van iedereen die het herleefde beest aanbidt of het merkteken op zijn hand of voorhoofd ontvangt, zijn naam uit het boek des levens zal worden gewist. Met andere woorden, ze zullen het oordeel van de tweede dood ontvangen omdat ze het koninkrijk van Christus hebben verworpen ten gunste van Satans politieke beest.
Het Wachttorengenootschap leert dat de 666-markering begon toen de Volkenbond oorspronkelijk werd opgericht, ergens rond het jaar 1922. Jehovah’s Getuigen lijken niet in staat te zijn om de pure absurditeit van de leer van het Wachttorengenootschap te bevatten. Het lijkt buiten hun verstandelijke vermogen te liggen om zich zelfs maar af te vragen waarom ze het goede nieuws van redding zouden moeten prediken als God tegelijkertijd de mensen van deze wereld al onherroepelijk zou hebben gedoemd tot de vergetelheid. Noch kunnen Jehovah’s Getuigen zich er zelfs toe brengen om na te denken over hoe de machteloze Volkenbond personen heeft kunnen beletten om te kopen en te verkopen en ook zijn zij niet in staat om na te kunnen denken over de vraag op welke manier de Volkenbond een doodvonnis heeft opgelegd aan degenen die het merkteken weigerden – wat dat dan ook moge zijn geweest.
En zouden we in dat geval dan ook niet terecht Gods rechtvaardigheidsgevoel in twijfel moeten trekken voor het koelbloedig uitwissen van complete generaties van de mensheid omdat ze toen simpelweg een instelling zouden hebben geëerd die de overgrote meerderheid van de mensen die toen leefden waarschijnlijk niet meer dan terloops had opgemerkt?
Natuurlijk ontmoedigt het Wachttorengenootschap ten zeerste elke vorm van serieuze discussie of vraagtekens bij haar leringen door gemeenteleden, waarbij zoiets als ‘onafhankelijk nadenken’ wordt veroordeeld. En het moge dan ook duidelijk zijn waarom. Bethels 1914-doctrine kan een serieus onderzoek op geen enkele wijze doorstaan.
“GOD LAAT ZE MISLEIDEN DOOR EEN BEDRIEGLIJKE INVLOED”
Maar vanuit een Schriftuurlijk standpunt is de reden dat Jehovah’s Getuigen deze zaken niet kunnen begrijpen, omdat ze onder “een bedrieglijke invloed” zijn gebracht. Of zoals de Statenvertaling zegt: “Een krachtige dwaling.” Dat beschrijft het fenomeen nog treffender.
Volgens de geïnspireerde apostel zal God het toestaan dat een mens van wetteloosheid deze misleidende invloed op christenen uitoefent – hen misleidend door middel van authentiek klinkende geïnspireerde uitspraken, gesproken berichten en geschreven brieven, alsof ze van de apostelen afkomstig zijn. Berichten die verkondigen dat de parousia al is begonnen en de dag van Jehovah al is aangebroken. Met andere woorden, door middel van openbare lezingen, traktaten, pamfletten, tijdschriften, enz. – Zie: 2 Thessalonicenzen 2:1-4
Confronteer mensen met wat ze verwachten; het is datgene wat ze kunnen onderscheiden dat hun projecties bevestigt. Het brengt hen in voorspelbare reactiepatronen en het houdt hun geest bezig terwijl u wacht op het buitengewone moment – dat wat ze niet kunnen anticiperen. ― Sun Tzu,
Alleen al het feit dat Jehovah’s Getuigen zijn misleid door te geloven dat de profetische mens der wetteloosheid de geestelijkheid van de heidense christenheid zou symboliseren, terwijl de Schrift tegelijkertijd heel duidelijk aangeeft dat de zoon van vernietiging in Gods tempel gaat zitten – ook wel bekend als de gemeente van Christus – en daar ook zal blijven zitten totdat de manifestatie van Jezus’ aanwezigheid begint, vormt dan ook het duidelijke bewijs dat er een bedrieglijke invloed werkzaam is die afkomstig is vanuit de binnenkamer van Bethel zelf.
Paulus zegt: “Maar de aanwezigheid van de wetteloze is het werk van Satan, met allerlei krachtige werken, leugenachtige tekenen, wonderen en allerlei onrechtvaardig bedrog, (2 Thessalonicenzen 2:9, 10a)
Echter moge het dan ook heel duidelijk zijn dat wanneer Satan een valse parousia mag promoten evenals de verkondiging dat “de dag van Jehovah al is aangebroken” voorafgaand aan de authentieke komst van Christus, dan moet dit dus ook betekenen dat deze bedrieglijke invloed van Satan dus zal moeten plaatsvinden voorafgaand aan zijn eigen verdrijving uit de hemel. Het lijdt dan ook geen twijfel dat het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog, getimed om te synchroniseren met de nep-chronologie die toen al aan de “bestemde tijden” was verbonden, samen met de onrust waarin het Wachttorengenootschap verwikkeld raakte na de plotselinge dood van C.T. Russell, allemaal valt toe te schrijven aan “het werk van Satan”.
Alles bij elkaar genomen lijkt het wel alsof de sluwe oude slang zijn eigen ondergang in scène heeft gezet. Hoewel hij niet in staat blijkt te zijn om Jehovah’s volk met succes te kunnen misleiden door hen te laten geloven hij überhaupt niet bestaat – zoals het Satan wel is gelukt om dit voor elkaar te krijgen bij de grote massa’s mensen die steviger onder zijn invloed staan – wat is er dan duivelser dan het creëren van een situatie waarbij de aardse spreekbuis van God het laat voorkomen dat zij een grootse geopenbaarde waarheid onderwijzen waaruit zou blijken dat de grote draak op dit moment al zou zijn neergeslingerd, terwijl dat in werkelijkheid nog helemaal niet het geval is?
En met welk doel? Om christenen in slaap te sussen door hen te laten denken dat Satans grootse woede in werkelijkheid helemaal niet zo groots is en dat de stortvloed van vervolging die door de draak wordt uitgespuwd, slechts een theocratische curiositeit betreft van weleer. Het uiteindelijke doel van dit alles is: Het bedwelmen van de slaven van Christus tot onderworpenheid zodat zij volledig overdonderd zullen worden zodra de onverwachte stortvloed van demonische woede over hen zal worden uitgestort wanneer de omverwerping daadwerkelijk zal gaan plaatsvinden.
Een oude Chinese filosoof, Sun Tzu, heeft lang geleden de principes van oorlogvoering vastgelegd in een boek met de titel “The Art of War”. Het lijkt erop dat de Tegenstander één van Tzu’s strategieën gebruikt: “Laat je plannen zo donker en ondoordringbaar zijn als de nacht, en zodra je in beweging komt, val dan als een bliksemschicht.”
Natuurlijk komt Satan niet vrijwillig in “beweging”, maar hij weet heel goed dat die dag steeds dichterbij komt. Helaas geldt dit niet voor de Jehovah’s Getuigen.
“IK ZAL JE NAAR DE AARDE WERPEN”
Jezus onthulde dat Satan de onzichtbare heerser van de wereld is. De apostel Paulus verwees naar de Duivel als de god van deze wereld. Alles bij elkaar genomen, moeten we niet veronderstellen dat het vernederende oordeel dat tegen de trotse heerser en god van deze wereld is gebracht, van zo weinig belang zou zijn dat de mensheid daarna weer gewoon door zal gaan. Het is dan ook absoluut niet redelijk of Schriftuurlijk om dat te stellen.
Het 28ste hoofdstuk van Ezechiël verbindt de omverwerping van de koning van Tyrus met het neerwerpen van Satan op de aarde. Het is waar dat Satan de Duivel niet als zodanig wordt genoemd, echter betreft “de gezalfde cherub die beschermt” die zich in Eden bevond, ongetwijfeld een verwijzing naar de goddeloze. Dit is de manier waarop de profetie hem beschrijft:
“Je was in Eden, de tuin van God. Je was versierd met allerlei edelstenen: robijn, topaas en jaspis, chrysoliet, onyx en jade, saffier, turkoois en smaragd. Ze waren gevat in gouden zettingen. Ze waren gereed op de dag dat je werd geschapen. Ik stelde je aan als de gezalfde cherub die beschermt.
Je was op de heilige berg van God en je wandelde tussen vurige stenen. Je gedrag was onberispelijk vanaf de dag dat je werd geschapen totdat er onrechtvaardigheid in je werd gevonden. Door al het handeldrijven raakte je vol geweld, en je ging zondigen. Daarom zal ik je als onheilig van Gods berg verdrijven en je wegvagen, o beschermende cherub, uit het midden van de vurige stenen.
Je schoonheid maakte je hart hoogmoedig. Je verkwanselde je wijsheid om je eigen glorieuze pracht. Naar de aarde zal ik je werpen. Tot een schouwspel voor koningen zal ik je maken.” (Ezechiël 28:13-17)
Geen enkel mens heeft ooit een engel gezien in zijn pure geestelijke vorm (alleen als gematerialiseerde mensen of in visioenen). Echter legt God ons dingen uit in termen die we als mensen kunnen begrijpen. Door zijn gelaat te vergelijken met edelstenen die zijn geplaatst in zuiver goud, zijn we beter in staat om ons de stralende schoonheid die de engelen bezitten voor te kunnen stellen.
Zoals werd geopenbaard in het boek Job, behield Satan nog lang nadat hij in de Hof van Eden verdorven werd, de toegang tot de hemelse rechtbank evenals tot de hemelse toehoorders, waaronder Jehovah en de ontelbare loyale engelenzonen van God. Dat is blijkbaar wat wordt bedoeld met “de heilige berg van God” – de engelen zijn de “vurige stenen”. (In Ezechiël 1:13 worden de cherubs beschreven als “brandende, vurige kolen”, wat in menselijke termen ongetwijfeld een passende beschrijving is aangezien geesten een hogere vorm van energie zijn en dus heter.)
Bovendien is de karakterisering van de gezalfde cherub die trots en hooghartig wordt precies wat Paulus ook in 1 Timotheüs 3:6 identificeerde als de onderliggende erfzonde waardoor God een ongunstig oordeel over de Duivel bracht.
Echter is de vraag voor alle nadenkende christenen deze: Wat is het verband tussen de gezalfde cherub en de koning van Tyrus?
Om de relatie tussen de twee verder te benadrukken, moet u er rekening mee houden dat Ezechiël 28:1-10 uitsluitend gericht lijkt te zijn op de aardse leider van Tyrus, die zich voordoet als een god – in tegenstelling tot de gezalfde cherub, die in werkelijkheid een god is. Bovendien is de koning van Tyrus voorbestemd om te worden gedood door de ergste elementen van de natiën. In de verzen 8-10 staat:
“Ze zullen je in de kuil laten afdalen en je zult een gewelddadige dood sterven in het hart van de open zee. Zul je ook tegen degene die jou doodt zeggen: “Ik ben een god”? Als je in handen valt van degenen die je verontreinigen, zul je slechts een mens zijn en geen god.’” “Door de hand van vreemdelingen zul je de dood van onbesnedenen sterven, want ikzelf heb gesproken”, verklaart de Soevereine Heer Jehovah.’”
Het verband tussen de ondergang van de aardse koning van Tyrus en de hemelse cherub die naar de aarde wordt geworpen, wordt ook weerspiegeld in de profetie door de relatie tussen de zevenkoppige vurige draak in de hemel en het zevenkoppige aardse beest – de laatste wordt gemodelleerd na de eerste. En de nederlaag van het hemelse monster wordt onmiddellijk weerspiegeld op de aarde aan de hand van de dodelijke verwonding van de heersende kop van het aardse beest.
Aangezien Satan pas vlak voor de tweede komst van Christus naar deze aarde uit de hemel wordt neergeslingerd, is het enige zinnige verband tussen de duivel en de stad Tyrus dat het oude zeevarende koninkrijk een moderne tegenhanger heeft. En inderdaad, in het huidige Britse rijk, waarvan het keizerlijke hoofdkwartier is gevestigd in de binnenzeehaven van Londen en in het bijzonder de door griffioenen bewaakte City of London.
(De overeenkomsten tussen Tyrus en het Britse rijk en The City zijn in detail uiteengezet in hoofdstuk 15 van het boek “Jehovah Zelf is Koning Geworden” alsook in het Nederlandstalige artikel: “De uitspraak over Tyrus”)
Hoewel het klopt dat delen van het eiland Engeland ooit de meest noordelijke buitenpost van het Romeinse rijk vormden, is dat toch niet de manier hoe de eilanden uiteindelijk de zetel werden van het grootste rijk in de geschiedenis. Dat gebeurde pas toen de bankoligarchen van Venetië – die zelf een zeevarende stad/staat was en één van de bewaarders was van de vervallen macht van het Romeinse rijk – tijdens de middeleeuwen naar Engeland verhuisden en uiteindelijk het roer overnamen. Dankzij de grote rijkdom die het tijdens het koloniale tijdperk vergaarde, veranderde het Britse rijk vervolgens in een onzichtbaar monetair en financieel imperium – die de volkeren van de moderne wereld uitbuitten en tot slaaf maakten door middel van het systeem van globalisering en speculatie.
Het ultieme uitbuitingsmiddel zijn financiële derivaten, die de beroemde belegger Warren Buffet ooit beschreef als een tikkende tijdbom en als ‘massavernietigingswapens‘. Derivaten worden gecontroleerd door een geheime cultus van bankiers. De vernietigende kracht van derivaten werd gedemonstreerd aan de hand van de economische crash van 2008, maar ook aan de hand van minder dramatische gebeurtenissen zoals het faillissement van steden als Detroit.
Het totaal aan uitstaande vrij verkrijgbare derivaten wordt door de BIS geschat op ongeveer $ 700 biljoen, maar anderen schatten dat de nominale “waarde” het dubbele betreft, namelijk $ 1,5 biljard! Hoe dan ook, de overhangende speculatieve belangen doen de fysieke economie absoluut in het niet vallen en resulteren in de verplettering van deze fysieke economie, precies zoals ook feitelijk de bedoeling is!
Uiteindelijk zal de ontploffing van de enorme zeepbel van derivaten de wereldeconomie volledig verwoesten en zou het wel eens het middel kunnen zijn waarmee Jehovah Satans koninkrijk zal platbranden, waardoor de demonen gedwongen worden om hun toevlucht te nemen tot de zwaarste vorm van tirannie. Maar als gevolg daarvan mogen we verwachten dat de beroemde City of London in de as zal worden gelegd – zeker metaforisch en uiteindelijk ook letterlijk. Daarom verklaart Ezechiël 28:18-19: “Door je grote schuld en je oneerlijke handel heb je je heiligdommen ontwijd. Ik zal een vuur in je midden laten uitbreken en het zal je verteren. Ik laat niets van je over dan een hoopje as op de grond, voor iedereen die je ziet. Alle volken die je kenden zullen verbijsterd naar je staren. Je einde zal snel en verschrikkelijk zijn en je zult voor altijd ophouden te bestaan.”
De naderende ondergang van Tyrus-aan-de-Theems zal het startsein zijn voor het inluiden van de aankondiging die zal weerklinken: “de Duivel is naar jullie neergedaald. Hij is woedend, omdat hij weet dat hij nog maar weinig tijd heeft.” (Openbaring 12:12b)
Het is niet zo dat Satan zijn eigen aardse troon zou willen vernietigen. Het is gewoon zo dat hij hierin geen enkele keus heeft. Net als bij oorlogsvoering, zal een terugtrekkend leger vaak een zogenaamd beleid van de verschroeide aarde toepassen – waarbij er tijdens de terugtrekking een spoor van vernietiging wordt achtergelaten. Dat zal in de toekomst ook de strategie van de duivel zijn. Maar omdat Satans ondergang het gevolg is van het feit dat Jehovah zijn Zoon in staat stelt de controle over de planeet over te nemen, is het alsof het vuur van de vernietiging door God zelf wordt aangestoken, voorafgaand aan het onoverwinnelijke koninkrijk van Christus. Hoe men het ook wendt of keert, het zal in ieder geval een wake-up call zijn voor iedereen.
“Vóór hen heeft een vuur verslonden,
en achter hen verteert een vlam.
Gelijk de tuin van E̱den is het land vóór hen;
maar achter hen is een verlaten wildernis,
en er is ook gebleken dat niets ervan ontkomt.”
(Joël 2:3)
“En er brak oorlog uit in de hemel: Michaël en zijn engelen vochten tegen de draak. De draak en zijn engelen vochten terug, maar ze werden verslagen, en er was voor hen geen plaats meer in de hemel. De grote draak werd daarom neergeworpen, de oorspronkelijke slang, degene die Duivel en Satan wordt genoemd, die de hele bewoonde aarde misleidt. Hij werd neergeworpen naar de aarde en zijn engelen werden samen met hem neergeworpen. (Openbaring 12:7-9)
“Wee de aarde en de zee, want de Duivel is naar jullie neergedaald. Hij is woedend, omdat hij weet dat hij nog maar weinig tijd heeft.” (Openbaring 12:12)
Leave A Comment