Dagtekst woensdag 10 november

Ze zullen één kudde onder één herder worden. — Joh. 10:16.

Niet iedereen met de hemelse hoop maakt deel uit van ‘de getrouwe en beleidvolle slaaf’ (Matth. 24:45-47). Net als in de eerste eeuw gebruiken Jehovah en Jezus in deze tijd enkele broeders om velen te voeden of onderwijzen. In de eerste eeuw werden er maar een paar gezalfden gebruikt om de christelijke Griekse Geschriften te schrijven. En in deze tijd hebben maar een paar gezalfden de verantwoordelijkheid Gods aanbidders ‘op het juiste moment hun voedsel te geven’. Jehovah heeft besloten de meesten van zijn aanbidders eeuwig leven op aarde te geven en de weinigen die samen met Jezus zullen regeren leven in de hemel te geven. Hij beloont iedereen — zowel de ‘Jood’ als de ‘tien mannen’. En hij wil dat ze zich aan dezelfde wetten houden en trouw blijven (Zach. 8:23). Iedereen moet nederig blijven. Ze moeten hem allemaal samen en in eenheid dienen. Iedereen moet de vrede in de gemeente bevorderen. Terwijl we dichter bij het einde komen, moeten we ons best doen om als ‘één kudde’ Jehovah te blijven dienen en Christus te blijven volgen. w20.01 31 ¶15-16

Het is inderdaad waar dat er niet van alle gezalfde christenen wordt verwacht dat zij de zogenaamde huisknechten “op de juiste tijd van voedsel voorzien”. Toch is het ook zo, dat zelfs die kleine groep, die beweert dat zij getrouw en beleidvol zijn, door de meester als zijnde niet getrouw zullen worden bevonden ten aanzien van hun aanstelling.

Echter beschikt het Wachttorengenootschap zeer zeker over de middelen waarmee zij vele miljoenen mensen kunnen bereiken en het Wachttorengenootschap dient ook zeer zeker te worden geprezen voor het verstrekken van de basisbenodigdheden zoals Bijbels en lectuur om daarmee verkondigers te helpen bij het onderwijzen van geïnteresseerde personen en bij het maken van discipelen. Er is geen bedrijf of organisatie ter wereld die zoveel lectuur in zoveel talen heeft geproduceerd als de Watchtower Bible and Tract Society.

De apostel Paulus legde in de eerste eeuw Gods voorzieningen uit en het valt te vergelijken met wat er in het vers staat geschreven, namelijk dat niet elke gezalfde de aanstelling heeft gekregen om in geestelijk voedsel te voorzien. De apostel schreef aan de Korinthiërs: Jullie zijn Christus’ lichaam en ieder afzonderlijk is een deel van het lichaam. God heeft de verschillende personen in de gemeente aangesteld: ten eerste apostelen, ten tweede profeten, ten derde leraren. Vervolgens zijn er krachtige werken, dan de gave om gezond te maken, vormen van hulpverlening, bekwaamheden om leiding te geven, verschillende talen. Is soms iedereen een apostel? Is iedereen een profeet? Is iedereen een leraar? Doet iedereen krachtige werken? (1 Korintiërs 12:27-29)

Er is overduidelijk veel veranderd ten opzichte van de oorspronkelijke regeling. Er is op dit moment geen sprake meer van mensen die de gave bezitten om te genezen, of die krachtige werken kunnen verrichten. Ondanks het feit dat het Besturende Lichaam suggereert dat ze zelf apostelen zijn, zijn de oorspronkelijke apostelen vandaag de dag nog steeds de apostelen op basis van het gezag dat door middel van hun geïnspireerde geschriften wordt overgebracht op de mensheid – We denken dan vooral aan Petrus, Johannes en Paulus.

Hoe zit het dan met profeten? In zijn brief aan de Efeziërs legde Paulus uit dat de gemeente van Christus is gebouwd op het fundament van de apostelen en de profeten: Jullie zijn dus geen vreemdelingen en buitenlanders meer maar medeburgers van de heiligen en leden van het huisgezin van God. Jullie zijn gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Christus Jezus zelf de fundament-hoeksteen is. Het hele gebouw, harmonieus samengevoegd, groeit in eendracht met hem uit tot een heilige tempel voor Jehovah. (Efeziërs 2:19-21)

Hoewel Paulus de meest vooraanstaande christelijke profeet was, betreffen de profeten waarop het huis van God wordt gebouwd in de eerste plaats de Hebreeuwse profeten.

Paulus gaf de Korinthiërs de instructies om in de gemeente niet in ‘talen te spreken’, tenzij er een tolk aanwezig was. Paulus verklaarde dat hij er de voorkeur aan gaf dat ze een begrijpelijke boodschap zouden profeteren om daarmee de toehoorder op te bouwen. Welke boodschappen deze christelijke profeten destijds precies uitspraken staat nergens opgetekend en deze zijn helaas ook niet bewaard. Destijds werden deze boodschappen beschouwd als “voedsel op de juiste tijd”, wat dus vandaag, enkele duizenden jaren later dus niet meer het geval is.

Maar nogmaals, er bestaan op dit moment geen christelijke profeten meer, althans, niet in die zin dat er unieke, goddelijk geïnspireerde boodschappen via hen worden overgebracht. Net zoals dat de apostelen nog steeds de apostelen zijn binnen de gemeente van Christus, zo zijn de Hebreeuwse profetieën nog steeds het woord van God. Aangezien Gods woord levend is, zijn alle dingen die eeuwen geleden werden opgetekend dus ook levend en betreffen deze dingen dus geen uitgestorven geschiedenis. Het is zoals Paulus dit aan de Hebreeën uitlegde: Want het woord van God is levend en er gaat kracht van uit. Het is scherper dan een tweesnijdend zwaard en dringt diep door: het scheidt ziel en geest, en gewrichten van het merg. Het kan gedachten en bedoelingen van het hart onderscheiden. (Hebreeën 4:12)

Of we het nu hebben over de eerste eeuw of dat we het nu hebben over onze tegenwoordige tijd, de gegeven boodschappen binnen de christelijke gemeente worden uiteindelijk door Christus gecontroleerd. Als er een slaaf is aangesteld om de gemeente op de juiste tijd van voedsel te voorzien, dan moet het hoofd van de gemeente betrokken worden bij het bepalen wat dat voedsel precies hoort te zijn en dient de heilige geest dit proces te begeleiden. Omgekeerd geldt trouwens hetzelfde: indien het geen voedsel op de juiste tijd betreft, dan zal de slaaf het ook niet kunnen onderscheiden. Zoals Paulus al aangaf, is de gemeente gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten. Volgens de apostel Paulus laat God een misleiding van Satan toe welke werkzaam is op de geestelijke tempel. Dit betekent dus dat er samen met het voedsel op het juiste moment, ook sprake zal zijn van een bedrieglijke leugen die wordt opgediend. Een hele grote leugen zelfs.

De profeet Jesaja voorzei dat Jehovah God op een bepaald moment zeer belangrijke informatie zou gaan verbergen voor degenen die dienst doen als de geestelijke leiders van zijn eigen volk. Het doet dan ook niet ter zake hoeveel assistenten er op dat moment werkzaam zullen zijn binnen het onderwijscomité of wat dan ook. Wanneer Jehovah God de waarheid opzettelijk heeft verborgen, dan zullen ze ook niet in staat blijken te zijn om die te kunnen ontdekken, hoe intensief en hoe ijverig ze de Schrift ook bestuderen. Heeft Jehovah dan ook niet het volgende verklaard?:  De wijsheid van hun wijzen zal vergaan en het verstand van hun verstandige mannen zal verborgen worden. (Jesaja 29:14)

Aangezien het Besturende Lichaam claimt dat zij de kleine groep wijze en beleidvolle mannen zijn, zijn de bovenstaande woorden van Jehovah Gods dus absoluut op hen van toepassing. Neem nu bijvoorbeeld eens het commentaar uit de dagtekst van vandaag. Het Wachttorengenootschap heeft het vers uit Zacharia 8:23 decennia lang toegepast op onze moderne tijd. Het klopt inderdaad dat de “Jood” staat voor de gezalfde personen. Om nog specifieker te zijn: Op verzegelde gezalfde personen. De 10 mannen symboliseren de schapen die goede dingen doen richting de broeders van Christus. Op het huidige moment zijn de ware zonen van God echter nog steeds niet onderscheiden. Jezus voorzei dat er binnen zijn gemeente vóór de dag des Heren, mensen zouden zijn die zullen beweren dat ze apostelen zijn, maar die in werkelijkheid leugens staan te verkondigen. In werkelijkheid zijn zij Joden die behoren tot de synagoge van Satan. Wat nou wanneer enkele van de mannen uit de natiën het gewaad van een Jood vastgrijpen die in werkelijkheid behoort tot de synagoge van de duivel?

Neem nou als ander voorbeeld eens de JW-Broadcast video van november. We zien hier nog een voorbeeld van de totale blindheid aan de zijde van de voedselverstrekkers. Het Besturende Lichaam leert dat de profetie van Jesaja op dit moment in vervulling gaat; dat God in plaats van koper juist goud brengt en in plaats van ijzer, zilver. Dit zou volgens het Besturende Lichaam de zogenaamde organisatorische verbeteringen symboliseren die de afgelopen decennia door hen zijn doorgevoerd. Wanneer we de profetie echter in de bijbehorende context lezen, dan zouden we dus moeten kunnen onderscheiden dat de wederopbouw pas plaatsvindt, na de vernietiging. Een vernietiging die God namelijk over Zijn eigen organisatie zal brengen. Jehovah God verklaart namelijk het volgende in Jesaja 60:10: Want in mijn verontwaardiging heb ik je geslagen, maar uit welwillendheid zal ik barmhartig voor je zijn.

Er zijn zeer veel redenen waarom God verontwaardigd is. De uiting van Zijn verontwaardiging wordt ook wel de grote verdrukking genoemd. Eerst zal de ineenstorting van de natiën, samen met de verwoesting van het tegenbeeldige Jeruzalem moeten komen. Vervolgens zal Christus beginnen met het beter terug bouwen en dan zullen enkel en alleen diegenen die goddelijke goedkeuring hebben ontvangen, in staat zijn om het daadwerkelijke authentieke Koninkrijk van God binnen te treden. Dat is dan ook de boodschap van de apostelen en de profeten.