Opmerking van de vertaler: Dit artikel is het vervolg op de eerdere reeks artikelen die in het teken staan van het boek Jeremia.

Een van de laatste dingen die Jezus zei voordat hij naar de hemel terugkeerde, was dat hij zijn volgelingen verzekerde dat hij alle dagen met hen zou zijn tot het einde van het tijdperk, of zoals sommige vertalingen het verwoorden “tot het besluit van het samenstel”. Bij een andere gelegenheid zei Jezus dat waar twee of drie mensen in zijn naam bij elkaar komen, dat hij in hun midden zou zijn.

Laat dit eens tot u doordringen. Jezus is al die tijd al onzichtbaar aanwezig geweest onder al degenen die hij erkent als personen die tot hem behoren. Dat is altijd al zo geweest sinds het moment dat Jezus bijna 2000 jaar geleden zijn gemeente oprichtte. Zodra Jezus binnenkort tijdens zijn parousia naast zijn discipelen komt om hen te bedienen, dan zouden we logischerwijs ook moeten verwachten dat dit veel meer zal inhouden dan alleen maar de wijze waarop Jezus de afgelopen 2000 jaar al in hun midden was. Dat is dan ook wat er wordt geïmpliceerd met datgene wat de parousia van Christus wordt genoemd.

Het feit dat Jezus voorafgaand aan zijn komst in het midden van de gemeente is, is veelbetekenend. Terugkerend naar het 30ste hoofdstuk van Jeremia, sprekend tot zijn dienaar Jakob, zegt God: Zijn machtige zal er een van hem zijn en uit zijn midden zal zijn leider opkomen. Ik zal hem dichterbij laten komen en hij zal tot mij naderen.’ ‘Want wie zou anders tot mij durven naderen?’, verklaart Jehovah.(Jeremia 30:21)

Zou u zich kunnen voorstellen dat een onvolmaakt mens het zou aandurven om zich in de aanwezigheid van God te begeven, ervan uitgaande dat zoiets daadwerkelijk mogelijk zou zijn? Deze ontmoeting zou voor die persoon namelijk rampzalig aflopen.

Jezus werd geboren in een Israëlitisch gezin. Concreet kwam hij uit de stam Juda, wat betekende dat hij het wettige recht had op de troon van David, de koning van Israël met wie Jehovah een verbond sloot voor een eeuwigdurend koninkrijk. Maar Jezus weigerde resoluut om koning van Israël te worden en de profetie van Jeremia spreekt dan ook niet over de aardse loopbaan van Christus. Zoals reeds eerder werd vermeld in eerdere artikelen uit deze serie, heeft de vervulling van de profetie over Jakobs tijd van ellende betrekking op het laatste deel van de dagen. Dat is ook precies wat er staat geschreven in het laatste vers van het 30ste hoofdstuk: Aan het einde van de dagen zullen jullie dat begrijpen. (Jeremia 30:24)

Dus de “machtige” die als een leider zal opkomen, verwijst naar Jezus die zal voortkomen uit het midden van zijn discipelen, waar hij al die tijd heeft gediend als een stille opziener van zijn eigen gemeente, tot aan het besluit van het samenstel, ook wel bekend als het einde van de dagen.

Het is waar dat Jezus dicht bij Jehovah kwam nadat hij naar de hemel was opgestegen, zelfs nog voordat de christelijke gemeente tijdens Pentecost in 33 n.Chr ontstond. Maar zoals de profetieën aangeven, moet Jezus eerst nog aan de rechterhand van de Vader blijven zitten tot het moment aanbreekt waarop God de heilige scepter naar hem uitsteekt. Elders in de profetie, met name in het zevende hoofdstuk van Daniël, onthult het visioen dat ‘iemand die leek op een mensenzoon’ toegang krijgt tot de Oude van Dagen tijdens de climactische fase wanneer een kleine hoorn uit het beest tevoorschijn komt om oorlog te gaan voeren tegen de heiligen. Zoals vermeld in Jeremia met betrekking tot het komende begrip in het laatste deel van de dagen, blijft ook het boek Daniël verzegeld tot aan de tijd van het einde.

Om de lezer eraan te herinneren dat de oorspronkelijke Schrift toen nog niet in hoofdstukken en verzen was opgedeeld, begint het hoofdstuk direct daarna met de volgende woorden: In die tijd’, verklaart Jehovah, ‘zal ik God worden voor alle families van Israël en zij zullen mijn volk worden.’ (Jeremia 31:1)

In die tijd” heeft betrekking op Aan het einde van de dagen zullen jullie dat begrijpen. Het 31ste hoofdstuk van Jeremia bevat Gods belofte van herstel en Hij drukt daarin op prachtige wijze Zijn liefde en toewijding uit om Zijn beloften en zijn verbond na te komen. Wat beschrijft Jehovah hier toch een vreugdevol tafereel: In die tijd zal de maagd vrolijk dansen, net als de jonge mannen samen met de oude mannen. Ik zal hun rouw veranderen in grote vreugde. Ik zal ze troosten en hun verdriet veranderen in blijdschap. (Jeremia 31:13)

Maar aangezien het letterlijke Israël lang geleden ophield om nog langer Gods uitverkoren volk te zijn, heeft de profetie hier in werkelijkheid dus betrekking op christenen – in het bijzonder op gezalfde christenen die leden zijn van het geestelijke ‘Israël van God’. Zij zijn het die voorbestemd zijn om in de juiste mate te worden gestraft – niet uitgeroeid.

Beschouw vervolgens eens de verzen 31 en 32: ‘Er komt een dag’, verklaart Jehovah, ‘dat ik een nieuw verbond zal sluiten met het huis van Israël en met het huis van Juda. Het zal anders zijn dan het verbond dat ik met hun voorouders sloot op de dag dat ik hen bij de hand nam om hen uit Egypte te leiden, “mijn verbond dat ze verbroken hebben, hoewel ik hun echte meester was”, verklaart Jehovah.’ (Jeremia 31:31-32)

Zoals alle Jehovah’s Getuigen ongetwijfeld weten, begon Jezus het nieuwe verbond met zijn 11 getrouwe apostelen op het Pascha van 33 G.T. Maar houd hier tegelijkertijd ook in gedachten dat de context van Jeremia dit situeert als iets dat plaatsvindt in het laatste deel van de dagen. Om te kunnen begrijpen hoe de belofte van een nieuw verbond met de zonen van Israël wordt vervuld tijdens het laatste deel van de dagen, dienen we te begrijpen dat hoewel Jezus het nieuwe verbond instelde toen het christendom begon, dat dit tegelijkertijd niet heeft geleid tot de uiteindelijke vervulling van datgene wat God zich had voorgenomen. De apostelen met wie Jezus het nieuwe verbond sloot, evenals zijn verbond voor een koninkrijk, zijn immers al bijna 20 eeuwen geleden gestorven. In tegenstelling tot de foutieve leerstelling van het Wachttorengenootschap betreffende de eerste opstanding die volgens hen op dit moment al zou zijn begonnen, is het een feit dat Christus op dit moment nog steeds niet is begonnen met regeren in het Koninkrijk van God en dat de apostelen en elke andere gezalfde christen die ooit heeft geleefd en is gestorven op dit moment nog steeds in de dood ligt te slapen.

Erger nog, degenen die in deze tijdsperiode de naam van Jehovah uitdragen, gedragen zich niet zoals ze zich zouden moeten gedragen. Daarom is Jehovah ook genoodzaakt om de verbondsbrekers in de juiste mate te straffen oftewel te corrigeren. Er bestaat voor hen ook geen enkele manier om hier onderuit te komen. Verklaarde Jezus dan niet dat de getrouwe en beleidvolle slaaf die dwaalt in onwetendheid met enkele slagen zal worden geslagen?

De aankomende rehabilitatie van “Israël” en hun terugkeer naar Sion betreft dus datgene wat er in de toekomst zal gaan plaatsvinden, nadat God de dagen van de verdrukking zal hebben verkort omwille van de uitverkorenen.

Beschouw vervolgens eens de rest van de passage: Dit is het verbond dat ik na die dagen met het huis van Israël zal sluiten’, verklaart Jehovah. ‘Ik zal mijn wet in hun binnenste leggen en in hun hart schrijven. Ik zal hun God worden en zij zullen mijn volk worden.’ ‘En niemand zal zijn naaste en zijn broeder nog onderwijzen door te zeggen: “Ken Jehovah!” Want ze zullen mij allemaal kennen, van de kleinste tot de grootste onder hen’, verklaart Jehovah. ‘Ik zal hun overtredingen vergeven en aan hun zonden zal ik niet meer denken.’ (Jeremia 31:33,34)

Wat is nou precies de Watchtower Bible and Tract Society? Het betreft een corporatie die zich heeft toegelegd op het onderwijzen van mensen over Gods voornemen. Feitelijk zodat men Jehovah leert kennen. Niemand kan dat ook ontkennen. Ondanks al hun capriolen, en dan met name gedurende de laatste tijd, heeft het Wachttorengenootschap miljoenen mensen onderwezen teneinde Jehovah te leren kennen. En dat levert een enorme, in het oog springende tegenstrijdigheid op. Eén van de vele, vele tegenstrijdigheden die inherent zijn aan de profetische interpretatie van het Wachttorengenootschap. Maar hoezo dan? Omdat, zoals hierboven vermeld, het doel van het nieuwe verbond is om mensen Jehovah te laten leren kennen. En nee…we hebben het hier dan niet alleen maar over het kennen van Zijn Naam of over de dingen die Hij in het verleden heeft gedaan, maar om Jehovah daadwerkelijk persoonlijk en volledig te leren kennen als een Vader.

De voltooiing van het nieuwe verbond maakt het onderwijzingswerk van het Wachttorengenootschap totaal overbodig en zelfs achterhaald. Wat dat in werkelijkheid betekent, is het feit dat God onze fouten en zonden op dit moment nog steeds niet heeft vergeven. Op dit moment heeft Jehovah onze zonden nog steeds niet uit Zijn gedachten verbannen. Ook heeft Jehovah zijn wet op dit moment nog steeds niet in ons hart geschreven. Noch is Jehovah op dit moment al onze God geworden, noch zijn wij op dit moment al Zijn volk. Wanneer zullen al deze dingen dan wel gaan gebeuren? Het spijt mij dat ik wederom in herhaling treed: Aan het einde van de dagen zullen jullie dat begrijpen.