Opmerking van de Nederlandse vertaler: Dit artikel betreft een vervolg op een eerder verschenen artikel dat betrekking heeft op Psalm 19, welke u HIER kunt teruglezen.


Dagtekst vrijdag 28 juni 2024

Sla je ogen op naar de hemel en kijk. Wie heeft die dingen geschapen? — Jes. 40:26.

Jehovah heeft niet alleen de hemel maar ook de aarde en de zee gevuld met allerlei verbazingwekkende scheppingswerken waar we iets van kunnen leren (Ps. 104:24, 25). En denk eens aan de manier waarop hij ons heeft gemaakt. Hij gaf ons het vermogen om van alle natuurschoon te genieten. Hij gaf ons zintuigen om alles wat hij heeft gemaakt te kunnen zien, horen, proeven, ruiken en voelen. De Bijbel noemt nog een belangrijke reden om de schepping te onderzoeken. Wat Jehovah heeft gemaakt leert ons namelijk veel over zijn eigenschappen (Rom. 1:20). Neem het ontwerp dat in de natuur zo duidelijk waarneembaar is. Dat leert ons hoe wijs God is. En de variatie aan heerlijk voedsel is een duidelijk bewijs van zijn liefde voor de mens. Als je Jehovah’s persoonlijkheid waarneemt in wat hij heeft gemaakt, leer je hem beter kennen en wil je een hechtere band met hem opbouwen. w23.03 16 ¶4-5

Het veertigste hoofdstuk van Jesaja is als een boodschap in een tijdcapsule. Het is waar dat vele mensen door de eeuwen heen die tekst net zo hebben gelezen als wij nu. Johannes de Doper citeerde deze tekst zelfs en paste het ook toe op zijn werk om zodoende Christus aan Israël te introduceren, maar onderaan de streep is die boodschap van God gemarkeerd om te worden afgeleverd in een periode ergens in de toekomst. Er is een vooraf bepaalde plaats in de tijd waarop God zijn grootse intrede zal doen op het aardse toneel van menselijke aangelegenheden. Net zoals Hij dit deed in de eerste eeuw, zo zal Jehovah zichzelf ook in de toekomst weer gaan openbaren door middel van Christus. Zoals vers vijf zegt: De majesteit van Jehovah zal onthuld worden en alle mensen zullen het zien, want Jehovah’s mond heeft gesproken. (Jesaja 40:5)

Even voor de duidelijkheid: wanneer God ons uitnodigt om onze blik te richten op de hemel en erover na te denken wie deze dingen eigenlijk allemaal heeft geschapen, is Hij niet zozeer geïnteresseerd in het geven van een astronomieles. De fysieke hemelen demonstreren Gods ondoorgrondelijke macht en wijsheid evenals zijn vermogen om alles te verwezenlijken wat Hij ook maar voor ogen heeft. Helemaal terug aan het begin in Eden verklaarde Jehovah dat hij een zaad zou voortbrengen. Een nageslacht dat de slang, Satan, zou gaan vernietigen. De apostel Paulus onthulde dat gezalfde christenen in eendracht met Christus zijn en dat zij daarom deel uitmaken van het nageslacht (enkelvoud). Ten tijde dat één van de laatst overgebleven apostelen nog in leven was, werd er aan hem geopenbaard dat het zaad zou bestaan ​​uit 144.000 individuele personen plus Christus, en ook dat sommigen van hen nog op aarde zouden zijn wanneer Christus weer terugkeert. Zodra Christus de macht van de Almachtige God Jehovah op zich neemt en er vervolgens een oorlog uitbreekt in de hemel, dan zullen Satan en zijn demonen worden neergeworpen en zullen zij ten strijde trekken tegen de overgeblevenen van het zaad. Het achtste hoofdstuk van Daniël openbaart dat de laatste aardse koning groot zal worden en helemaal tot aan de hemel zal reiken en ervoor zal zorgen dat sommige sterren op de aarde zullen neervallen. Daarop zal deze achtste koning die gevallen sterren vertrappen. Daniël 8:12 gaat verder met te zeggen: Het leger werd samen met het vaste kenmerk overgeleverd vanwege overtreding. Hij bleef waarheid ter aarde werpen en hij slaagde in wat hij ondernam. Het leger dat door de laatste koning zal worden overwonnen, betreft de gemeente van Christus. Christus is de Vorst van dit leger – de Vorst der vorsten welteverstaan. (Lees ook dit artikel: “Zijn staart sleepte een derde deel van de sterren van de hemel mee“.)

Toen Jezus profeteerde over zijn terugkeer en over het besluit van het samenstel, dat zou uitmonden in het vertrappen van de heilige plaats en in een grote verdrukking, verwees Jezus de oplettende lezer naar het boek Daniël. Het zal pas zijn in de periode van de nasleep van dat vertrappen, na de verdrukking, wanneer Christus Zichzelf zal gaan openbaren.

Het zijn in werkelijkheid dus niet de fysieke sterren in het Melkwegstelsel waarover God spreekt wanneer Hij zegt: “Het is degene die ze als een leger leidt naar hun aantal. Hij roept ze allemaal bij naam. Dankzij zijn enorme dynamische energie en ontzagwekkende kracht ontbreekt er niet één.(Jesaja 40:26)

ontbreekt er niet één” verwijst naar de 144.000. Dat is het leger die Jehovah God allemaal bij hun naam noemt, of beter gezegd, bij hun nieuwe naam. Christus zal uit de hemel neerdalen en met de stem van een aartsengel, allen tot bestaan ​​roepen die in eendracht met hem zijn gestorven. Dat is de eerste opstanding. En de overgeblevenen die zullen worden onderworpen aan de woede van het wilde beest en die door het beest zullen worden vertrapt, zullen worden bekrachtigd door de geest en door Christus, die naast hen zal komen te staan. Het zijn de uitverkorenen die datgene zullen ervaren wat er in de slotwoorden van hoofdstuk 40 staat opgetekend:

“Wie moe is geeft hij kracht,

wie zwak is geeft hij volop energie.

Jongens zullen moe worden, uitgeput raken,

 en jonge mannen zullen struikelen en vallen,

 maar wie op Jehovah hopen, krijgen nieuwe kracht.

 Ze zullen opstijgen met vleugels als arenden.

 Ze zullen rennen en niet uitgeput raken,

 ze zullen lopen en niet moe worden.”

 (Jesaja 40:29-31)