Dagtekst zaterdag 8 juni 2024

Verwerp het onderwijs van je moeder niet. — Spr. 1:8.

De Bijbel zegt niets over de doop van Timotheüs. Maar je kunt je wel voorstellen hoe gelukkig zijn moeder zich die dag moet hebben gevoeld (Spr. 23:25). Het was haar gelukt haar zoon te leren van Jehovah en Jezus Christus te houden. Timotheüs groeide op in een religieus verdeeld gezin. Hij had een Griekse vader en een Joodse moeder en oma (Hand. 16:1). Waarschijnlijk was hij nog een tiener toen Eunice en Loïs christen werden. Maar het was nog steeds een verdeeld gezin. Welk pad zou Timotheüs kiezen? Christelijke moeders in deze tijd houden van hun kinderen en willen het liefst van al dat ze een hechte vriendschap met Jehovah krijgen. En onze God heeft veel waardering voor alle moeite die ze doen (Spr. 1:8, 9). Jehovah heeft talloze moeders geholpen hun kinderen in de waarheid te brengen. w22.04 16 ¶1-3

Opmerking van de Nederlandse vertaler: Het onderstaande artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op 17 juni 2016. Aangezien het onderwerp van de dagtekst van vandaag in het teken staat van ‘kinderen’, is het ook toepasselijk om dit oudere maar zeker niet minder relevante artikel er nogmaals bij te pakken.


De dagtekst van het Wachttorengenootschap van vrijdag 17 juni 2016 was gebaseerd op een eerder artikel uit het tijdschrift de Wachttoren van 15 juni 2014 (alinea 7 en 8)

Gelukkig wie aandacht heeft voor de zwakke. – Psalmen 41:1.

Als we „de geringe” helpen, volgen we Jehovah na en krijgen we zijn goedkeuring. Maar soms zou een negatieve kijk op degenen die het moeilijk hebben ons ervan kunnen weerhouden hulp te bieden. Of misschien voelen we ons ongemakkelijk omdat we niet goed weten wat we moeten zeggen en nemen we daardoor afstand van personen die het zwaar hebben. Cynthia, die door haar man in de steek werd gelaten, zegt: „Als broeders en zusters je ontwijken of niet doen wat je verwacht van goede vrienden, kan dat pijn doen. In moeilijke tijden heb je behoefte aan mensen om je heen.” David uit de oudheid wist hoe het voelde om genegeerd te worden. We zullen waarschijnlijk meer medegevoel hebben als we bedenken dat veel van onze lieve broeders en zusters verzwakt zijn door tegenslagen zoals een slechte gezondheid, een verdeeld huisgezin of depressiviteit. Misschien zullen we ooit zelf met zo’n situatie te maken krijgen.

COMMENTAAR:

Kinderen worden doorgaans beschouwd als de zwaksten onder de mensen. Ze kijken letterlijk en figuurlijk op naar volwassenen. Ze zijn afhankelijk van volwassenen om voor hen te zorgen en hen te beschermen. Als ouders hun kinderen op dat vlak verwaarlozen, wordt dat doorgaans ook als een misdrijf beschouwd.

Hoewel Jehovah de primaire verantwoordelijkheid voor het welzijn van kinderen bij de ouders legt, verlangt Hij ook van ouderlingen dat ook zij dienen te waken over de ‘zwakkeren’ binnen de gemeente. Het betreft hier ook zeker geen optionele keuze. Het ligt aan de basis van datgene wat het Wachttorengenootschap ‘zuivere aanbidding’ noemt. Dit is wat er staat geschreven in het eerste hoofdstuk van de brief van Jakobus: Dit is de vorm van aanbidding die in de ogen van onze God en Vader rein en onbesmet is: zorgen voor wezen en weduwen in hun moeilijkheden en je niet door de wereld laten besmeuren. (Jakobus 1:27)

Kinderen zijn onschuldig en goed van vertrouwen. Ze weten helemaal niets van seks. Om voor de hand liggende redenen zijn kinderen – of ze nu wees zijn, of dat ze een alleenstaande ouder hebben of anderszins – uiterst kwetsbaar voor op seks beluste roofdieren. Dat is dan ook vooral het geval onder Jehovah’s Getuigen, waar volwassenen en kinderen zich vrijelijk met elkaar kunnen vermengen, zowel binnen de gemeente als in de velddienst, maar bijvoorbeeld ook binnen een sociale omgeving zijn er voor deze sluwe pedofielen vele mogelijkheden om hun beoogde slachtoffers te “groomen”. (Opmerking Nederlandse vertaler: ‘grooming’ wordt in het Engels vaak gebruikt als alternatief voor het Nederlandse woord “kinderlokken”.)  En dat is ook precies wat er gedurende vele jaren lang heeft plaatsgevonden.

Hoewel het Wachttorengenootschap tot in den treure blijft herhalen dat ze ‘kindermisbruik verafschuwen’, is het aan de andere kant oorverdovend stil geweest als het gaat om het voorlichten van ouders en anderen over hoe ze de kinderen beter kunnen beschermen tegen de misdaden van pedofiele Jehovah’s Getuigen. Het is inderdaad waar dat het Wachttorengenootschap erover opschept dat ze verschillende artikelen over dit onderwerp hebben geschreven in hun eigen lectuur, maar ze hebben echter nooit echt openhartig gesproken over het onderwerp omtrent seksueel kindermisbruik binnen de gemeente zelf.

Een ONTWAAKT! artikel uit 2007 geeft ouders bijvoorbeeld advies over hoe ze hun kinderen zouden kunnen beschermen. Er wordt zelfs op gewezen dat de meeste kindermisbruikers bekend zijn bij de families van de betrokken slachtoffers. Dit is wat er in het ONTWAAKT!-artikel stond geschreven:

Natuurlijk vindt u het een vervelend idee dat een aardige buurman, leraar, dokter, trainer of familielid met verkeerde bedoelingen naar uw kind zou kunnen kijken. En de meeste mensen doen dat ook niet. U hoeft niet iedereen in uw omgeving met wantrouwen te gaan bekijken. Maar u kunt uw kind beschermen door u erin te verdiepen hoe de meeste kindermisbruikers te werk gaan.

Feit is echter dat de vele duizenden kinderen van Jehovah’s Getuigen die zijn misbruikt, niet zijn aangerand door buren, leraren, gezondheidswerkers of sportcoaches. Ze werden het slachtoffer van mannen binnen de gemeente. Dat is ook het punt waar het hier om gaat. Sommige van deze seksuele roofdieren waren zelfs ouderlingen! Anderen van hen waren weer benoemd tot dienaren in de bediening. Onder de streep waren het stuk voor stuk broeders die genoten van het goede vertrouwen van hun naaste gemeenteleden.

Worden ouders door het Wachttorengenootschap daadwerkelijk beter toegerust om hun kinderen te beschermen wanneer we tegelijkertijd zien dat een artikel dat zogenaamd is geschreven om hen te onderwijzen, nalaat om zelfs maar de werkelijke bron te vermelden van het gevaar waaraan hun kinderen worden blootgesteld?

Bethel is zich terdege bewust van het gevaar dat kinderen lopen vanwege de vele bekende pedofielen onder Jehovah’s Getuigen. Wanneer we weten dat dit onmiskenbaar waar is, waarom waarschuwt het Besturende Lichaam ouders dan niet voor het werkelijke gevaar dat bepaalde mannen binnen de gemeente vormen? Is hun stilzwijgen en het achterhouden van informatie over kindermisbruikers richting de gemeente dan niet het werkelijke onderliggende probleem waar we hier mee te maken hebben? Dat is ongetwijfeld het geval.

En wanneer gevallen van kindermisbruik worden gemeld aan de Juridische Afdeling van het Wachttorengenootschap, waarom eist het Wachttorengenootschap dan niet van die betrokken ouderlingen dat ze over dergelijke misdaden onmiddellijk aangifte doen bij de politie waarbij die ouderlingen ook meteen hun onvoorwaardelijke medewerking aanbieden aan de betrokken autoriteiten die misdaden tegen kinderen onderzoeken en die verantwoordelijk zijn voor de rechtsvervolging van de daders? Hierin zijn zij obsceen nalatig geweest en zij zullen hiervoor uiteindelijk ook voor God verantwoording moeten gaan afleggen omtrent hun aandeel in de schuldvraag met betrekking tot het seksuele misbruik van vele duizenden zwakke kinderen binnen de gemeenten.

In weer een ander ONTWAAKT! artikel, betreurt Bethel de laksheid van de gerechtelijke autoriteiten in Australië:

Helaas worden de meeste van deze misdaden niet door de overheid bestraft. In Australië bijvoorbeeld wordt naar schatting slechts 10 procent van de daders vervolgd, van wie maar weinigen worden veroordeeld. In andere landen is de situatie niet veel beter. Hoewel de overheid misschien maar weinig kan doen om een christelijk gezin te beschermen, kan het toepassen van Bijbelse beginselen wel veel doen.

Zoals vorig jaar aan het licht kwam in het onderzoek van de Australische Koninklijke Commissie (Australian Royal Commission) naar de uiterst foute aanpak van kindermisbruik door het Wachttorengenootschap, werd er wettelijk vastgesteld dat van de 1.006 gevallen van kindermisbruik die in dat land aan het Wachttorengenootschap werden gemeld, geen enkel van die gevallen bij de lokale politie werd gemeld. Niet een! Nul procent! Dit betekent dat het Wachttorengenootschap actief een beleid voerde waarbij er niet werd aangestuurd op een samenwerking met de autoriteiten in Australië, terwijl het Wachttorengenootschap tegelijkertijd schande sprak over het onvermogen van de rechtbanken om seksueel misbruikers te vervolgen en te veroordelen. De hypocrisie van het Wachttorengenootschap is hierin ronduit misselijkmakend te noemen.

Echter volgt hier nog een vraag: Indien Jehovah, zoals in de bovenstaande dagtekst van het Wachttorengenootschap wordt aangehaald, degene “die aandacht heeft voor de zwakke”, ‘gelukkig’ verklaart, hoe zit het dan met degenen aan wie Jehovah de leiding heeft gegeven? Hoe zit het met hen die een fiduciaire plicht hebben om zorg te dragen voor de zwakken, terwijl diegenen erin falen om dit gebod na te leven? Sterker nog: deze leidende mannen binnen de organisatie hebben niet alleen maar laten zien dat ze hebben nagelaten om de zwakkeren te beschermen, maar tegelijkertijd hebben ze ook nog laten zien dat ze bereid zijn geweest om deze misbruikslachtoffers in de wereldse rechtbanken actief te vervolgen. Er is ook geen enkele noodzaak om hier nog verder over te speculeren. Jehovah’s besluit luidt: “Wee degenen die schadelijke voorschriften maken” (Jesaja 10:1).

Binnenkort zal de moderne vorm van kinderoffers die op het ‘zuivere aanbidding’-altaar van de Wachttoren-organisatie wordt beoefend, compleet worden verpletterd. Jehovah is op dit moment al bezig om zijn machtige leger bijeen te verzamelen die binnenkort als bestraffingmiddel zal worden ingezet. De Hebreeuwse profetie van Zefanja geeft ons een voorproefje van het aankomende oordeel.


 

EXTRA NIEUWSBERICHT

Ondertussen is er zojuist nog nieuws verschenen uit de Amerikaanse staat Pennsylvania.

Het nieuwsartikel werd onlangs gepubliceerd op donderdag 6 juni 2024:

Nederlandse vertaling:

Norman Aviles-Garriga: schuldig bevonden aan seksueel misbruik van kinderen.

Een van de vele Jehovah’s Getuigen die worden beschuldigd van seksueel misbruik van kinderen is zojuist veroordeeld, zo maakte het Openbaar Ministerie van Pennsylvania donderdag 6 juni 2024 bekend.

Tekst onder de foto: Norman Aviles-Garriga en de Koninkrijkszaal van Jehovah’s Getuigen in Lancaster, waar hij ouderling was. Fotocredit: Lancaster County Prison  (Straatweergave)

Norman Aviles-Garriga, 44 jaar uit Lancaster County, heeft minstens drie jonge kinderen tussen de vijf en tien jaar aangerand, zoals Daily Voice eerder al meldde. Aviles-Garriga’s status als ouderling in zijn gemeente hielp hem het vertrouwen van veel ouders te winnen en gaf hem toegang tot hun kinderen, zoals aanvankelijk al werd opgemerkt. Het misbruik vond plaats tussen 1999 en 2003 in Lancaster City, legt procureur-generaal Michelle Henry uit in dit bijgewerkte verslag.

Aviles-Garriga werd beschuldigd van meerdere aanklachten van de volgende zaken: zware aanranding van de eerbaarheid, schending van de eerbaarheid, het in gevaar brengen van het welzijn van kinderen en het corrumperen van minderjarigen.

Volgens het kantoor van AG werd hij op woensdag 5 juni 2024 schuldig bevonden aan alle twaalf de aanklachten.

“Deze beklaagde maakte gebruik van religie om daarmee het vertrouwen van de gemeenschap te winnen en de nabijheid te vergroten van de kinderen die hij misbruikte, en ondernam vervolgens als ouderling stappen om de slachtoffers in diskrediet te brengen”, zei procureur-generaal Henry. “De vasthoudendheid van de onderzoekers en de dappere overlevenden van dit misbruik lieten niet toe dat dit doorgang kon vinden, en deze seksueel roofzuchtige beklaagde wordt nu ter verantwoording geroepen.”

Tijdens ontmoetingen met andere kerkleiders noemde Aviles-Garriga de slachtoffers ‘demonen’ en zou wraak hebben genomen door zijn positie te gebruiken om hun doop uit te stellen. Aviles-Garriga werd vervolgens voor maandenlang uitgesloten uit de gemeente van Jehovah’s Getuigen, maar mocht daarna weer terugkeren, zo blijkt uit getuigenissen.

De zaak werd vervolgd door adjunct-procureur-generaal Angela Sperrazza.

Zijn veroordeling zal op een later tijdstip plaatsvinden, dat nog moet worden aangekondigd op het moment van publicatie.