Opmerking van de vertaler: Dit artikel betreft het vervolg op de eerdere reeks artikelen die dieper ingaan op het Wachttoren-studieartikel #17 uit de April-uitgave van het tijdschrift de Wachttoren, getiteld: “Verlaat nooit het geestelijke paradijs”.
In alinea 7 van het betreffende Wachttoren-artikel lezen we:
7 Gelukkig en tevreden. We kunnen ‘juichen’ omdat we Jehovah heel dankbaar zijn. (Lees Jesaja 65:14.) Aanbidders van Jehovah hebben ‘vreugde in hun hart’ omdat ze de opbouwende waarheden en geruststellende beloften uit de Bijbel kennen en op basis van Christus’ loskoopoffer een vaste hoop hebben. Het maakt ons echt gelukkig met elkaar over die dingen te praten (Ps. 34:8; 133:1-3).
Het lezen van slechts een bepaald gedeelte uit een profetie en vervolgens impliceren dat deze profetie al zou zijn vervuld, kan problematisch zijn. Laten we nu Jesaja 65:14 eens daadwerkelijk lezen. Er staat: “Mijn dienaren zullen juichen vanwege de vreugde in hun hart, maar jullie zullen het uitschreeuwen vanwege jullie hartenpijn en jullie zullen jammeren vanwege een gebroken geest.”
Wanneer we in deze moderne tijd “mijn dienaren” zouden identificeren als zijnde de Jehovah’s Getuigen, dan zou ook de volgende vraag moeten rijzen: wie wordt er dan bedoeld met het woord “jullie” tot wie Gods veroordeling is gericht? Wanneer we dan toch bezig zijn: hier nog een extra vraag: Als de Jehovah’s Getuigen degenen zouden zijn die “juichen vanwege de vreugde”, wie lijdt er dan aan “hartenpijn” terwijl ze “jammeren” en het “uitschreeuwen” vanwege “een gebroken geest”?
Zoals altijd moedig ik geïnteresseerden aan om ook hier weer de volledige context te lezen. Let in dit geval vooral op het laatste gedeelte van vers 12: “Daarom bestem ik jullie voor het zwaard en jullie zullen je allemaal neerbuigen om afgeslacht te worden. Want ik riep, maar je antwoordde niet, ik sprak, maar je luisterde niet. Jullie bleven doen wat slecht was in mijn ogen en kozen voor wat ik afkeurde.” (Jesaja 65:12)
Stelt u zich eens voor dat God u op uw mobiele telefoon zou opbellen en dat u hem zou afwijzen door niet op te nemen. Natuurlijk klinkt dat als een dwaas idee, maar het illustreert tegelijkertijd wel een belangrijk punt. Wanneer God tot ons spreekt dan beperkt zich dat niet alleen maar tot het lezen van de Bijbel, althans niet in de toekomst zodra Christus zijn dienaren ter verantwoording zal roepen. Is het overigens ook niet zo dat Jezus zijn komst vergeleek met een meester die naar zijn huis kwam met de verwachting dat hij daar alles op orde zou aantreffen?
Jesaja liet ons al kennismaken met het concept van de Grootse Onderwijzer die levensreddende instructies verstrekt alsof hij achter zijn dwalende volk staat en spreekt en hen aanspoort om zich om te keren van hun ingeslagen weg om vervolgens een andere richting op te gaan. Dit in tegenstelling tot de kinderachtige verklaring van het Wachttorengenootschap, dat we een woord van God zouden horen alsof het van achter ons klinkt doordat we enkel de Bijbel zouden lezen, aangezien de Bijbel hééééél erg lang geleden is geschreven. Nee…, God zal namelijk een oproep doen richting degenen die Hij tot dan toe ook echt als zijn dienaren heeft erkend. God zal dan door middel van Christus, buiten de grenzen van de Bijbel spreken. Of, wellicht is dit wel een betere manier om het te formuleren: de komst van Christus zal het oordeel inluiden dat vooraf in de Bijbel werd opgetekend, zoals vervat in het boek Jesaja.
Jezus sprak over dergelijke oordeelskwesties en illustreerde dit door zijn komst met een oogst te vergelijken. Jezus legde uit: “De oogst betekent het einde van een tijdperk, en de oogsters zijn engelen. Zoals het onkruid wordt verzameld en verbrand, zo zal het ook gaan aan het einde van het tijdperk. De Mensenzoon zal zijn engelen eropuit sturen, en ze zullen alle struikelblokken en iedereen die wetteloos leeft, uit zijn Koninkrijk verzamelen en in de brandende oven gooien. Daar zullen ze jammeren en knarsetanden. In die tijd zullen de rechtvaardigen zo helder als de zon stralen in het Koninkrijk van hun Vader. Laat iedereen die oren heeft, goed luisteren.” (Mattheüs 13:39-43)
Maar wat wordt er dan bedoeld met het jammeren en knarsetanden? Het betreft het huilen en het gejammer dat het gevolg is van een “gebroken geest”, zoals werd voorzegd in het 65ste hoofdstuk van Jesaja. Degenen die dan geen gehoor zullen geven aan de oproep van Christus, zijn de handlangers van de Duivel en tevens de goddeloze slaven die naar buiten zullen worden gegooid en die dan zullen gaan huilen en jammeren in de wetenschap dat ze niet alleen zijn voorbestemd om te worden afgeslacht – zoals vermeld in Jesaja – maar daarnaast zijn ze ook nog voorbestemd voor de eeuwige vergetelheid, oftewel de tweede dood.
Het betreft juist deze oogst die ertoe zal leiden dat de uitverkorenen zo helder zullen stralen als de zon in Jehovah’s Koninkrijk. Het zal dan ook deze oogst zijn die ertoe zal leiden dat de uitverkorenen op dat moment zo helder zullen gaan stralen als de zon in Jehovah’s Koninkrijk. Zij zullen diegenen zijn die op dat moment “zullen juichen vanwege de vreugde in hun hart “ – harten die op een bepaalde manier door Jehovah zullen worden getransplanteerd, waarbij hun oude harten van steen worden verwisseld door harten van vlees, zoals ook wordt beschreven in Ezechiël: “Ik zal ze een verenigd hart geven en ik zal een nieuwe geest in ze leggen. Ik zal het hart van steen uit hun lichaam verwijderen en ze een hart van vlees geven, zodat ze mijn voorschriften en bepalingen naleven en die gehoorzamen. Dan zullen ze mijn volk zijn en zal ik hun God zijn.” (Ezechiël 11:19-20)
Het lijkt er sterk op dat de woorden van Jezus gericht zijn tot degenen die zichzelf wijsmaken dat ze op dit moment al met vreugde in hun hart zouden verblijven in het kunstmatige geestelijke nep-paradijs van het Wachttorengenootschap: “Maar wee jullie die rijk zijn, want jullie hebben je deel al gehad. Wee jullie die nu verzadigd zijn, want jullie zullen honger lijden. Wee jullie die nu lachen, want jullie zullen treuren en huilen. Wee jullie wanneer alle mensen positief over je praten, want dat deden hun voorvaders ook over de valse profeten.” (Lukas 6:24-26)
In alinea 9 van het betreffende Wachttoren studieartikel lezen we:
9 Ontspannen en kalm. In Jesaja 65:14 staat dat degenen die liever buiten het geestelijke paradijs blijven ‘het uitschreeuwen vanwege [hun] hartenpijn en (…) jammeren vanwege een gebroken geest’. Ook Jehovah’s aanbidders maken veel dingen mee die pijn en verdriet veroorzaken. Maar die dingen zullen uiteindelijk ‘worden vergeten’ en ‘voor [Gods] ogen verborgen zijn’. (Lees Jesaja 65:16, 17.) Jehovah zal al onze problemen wegnemen, en na een tijd zullen ook de pijnlijke herinneringen helemaal verdwijnen.
Zijn de vele mensen op aarde die de kerken bezoeken dan ook niet ontspannen en kalm? Ik weet namelijk dat er een hoop mensen zijn die tijdens een preek in de kerk in slaap vallen. Zijn zij dan niet eerder té ontspannen en té kalm? Aan de hand van welke maatstaf zouden we dan moeten beweren dat de honderden miljoenen aanhangers van de verschillende kerken binnen de heidense christenheid het op dit moment zouden “uitschreeuwen” van de pijn vanwege hun “gebroken geest”? Wie anders dan Jehovah’s Getuigen zouden dit soort waanzin geloven?
In alinea 11 van het betreffende Wachttoren studieartikel lezen we:
11 Dankbaar en enthousiast. Jesaja laat vervolgens zien waarom we in het geestelijke paradijs kunnen ‘juichen’ van blijdschap. Het is namelijk iets dat Jehovah heeft geschapen. (Lees Jesaja 65:18, 19.) Natuurlijk wil hij mensen helpen de geestelijk dorre organisaties van deze wereld te verlaten en in onze prachtige geestelijke oase te komen — en hij gebruikt ons om dat te doen. We zijn dankbaar dat we de waarheid kennen en we willen anderen er graag over vertellen (Jer. 31:12).
Maar wacht eens eventjes….
“Ontspannen en kalm” en tegelijkertijd ook “enthousiast”? Wie schrijft dit soort lariekoek eigenlijk?
De eerste-eeuwse christenen waren dankbaar en enthousiast over hun hoop, nietwaar? Toch genoten ze destijds niet van een geestelijk paradijs. Nogmaals: het gelukkig, tevreden, kalm, ontspannen, dankbaar en enthousiast zijn betekent daarmee nog niet meteen dat er daardoor ook gelijk sprake zou zijn van een paradijs. De gezegende toestand die in de profetie wordt beschreven, zal namelijk pas tot stand komen als gevolg van Gods ingrijpen doordat Hij dwaze en goddeloze mensen voorgoed zal verwijderen en zal afscheiden van de groep mensen die door Jehovah zullen worden gezegend.
Dit is hoe Gods woord datgene beschrijft wat het Wachttorengenootschap het ‘geestelijke paradijs’ noemt: “Het verschroeide land verandert in een rietplas en de dorstige bodem in waterbronnen. De plaats waar eens jakhalzen rustten, is bedekt met groen gras, riet en papyrus. En daar zal een hoofdweg zijn, een weg die de Weg van Heiligheid wordt genoemd. Geen onreine zal die betreden. Die weg is alleen voor degene die erop mag wandelen. Geen dwaas dwaalt er rond. Geen leeuw zal er zijn, roofdieren zullen er niet op komen. Die zullen zich daar niet bevinden. Alleen degenen die zijn teruggekocht zullen erop wandelen. Degenen die door Jehovah zijn losgekocht zullen juichend terugkomen naar Sion. Hun hoofd is gekroond met eindeloze vreugde. Ze krijgen grote vreugde en blijdschap, verdriet en gezucht verdwijnen.” (Jesaja 35:7-10)
Laat de woordvoerders van Jehovah’s aardse organisatie dan maar eens officieel verklaren dat zich onder de gemeenten van Jehovah’s Getuigen geen geestelijk onreine personen zouden bevinden. Laat ze maar eens hardop verklaren dat de onschuld van geen enkel kind binnen de gemeenten van Jehovah’s Getuigen is verslonden door sluwe, roofzuchtige, beestachtige op seks beluste mannen. Laten zij maar eens officieel tegenover God verklaren dat er op dit moment geen dwaze mensen tussen de Jehovah’s Getuigen zouden wandelen. Laat ze maar eens met hun hand op de Bijbel tegenover de hemel zweren dat er geen schadelijke, dierlijke mensen zijn in hun geestelijke paradijs zodat ze zich daarna kunnen hullen in doodse zwijgzaamheid zodra God hun zal gaan antwoorden.
In alinea 13 van het betreffende Wachttoren studieartikel lezen we:
13 Vreedzaam en veilig. Velen die zich in het verleden beestachtig gedroegen, hebben met de hulp van Gods geest grote veranderingen doorgevoerd. (Lees Jesaja 65:25.) Ze hebben hun ‘dierlijke’ karaktertrekken getemd (Rom. 12:2; Ef. 4:22-24). Natuurlijk zijn Jehovah’s aanbidders onvolmaakt en maken ze nog steeds fouten. Maar Jehovah heeft ‘alle soorten mensen’ verenigd met een onverbrekelijke band van liefde en vrede (Tit. 2:11). Dit is een wonder dat alleen de almachtige God kan doen.
Op 9 maart 2023 keerde in Duitsland een gestoorde man, die op een eerder moment nog in het ‘geestelijke paradijs’ van het Wachttorengenootschap zat, terug met een vuurwapen en begon in de zaal om zich heen te schieten. We kunnen ons alleen maar een voorstelling maken van de afschuw en de paniek waar de Jehovah’s Getuigen door werden overvallen toen ze aanschouwden hoe Philipp Fusz bezig was met het afslachten van hun naaste broeders en zusters. Broeders en zusters die even daarvoor nog “ontspannen en kalm” waren. (Lees ook het artikel: “EEN BLOEDBAD ONDER DE JEHOVAH’S GETUIGEN – WAAROM HEEFT DIT PLAATSGEVONDEN?”)
Nauwelijks acht maanden later bracht een door demonen bezeten man in India een bom tot ontploffing onder Jehovah’s Getuigen terwijl ze op een eerder moment nog “ontspannen en kalm” zaten te luisteren naar wat er werd verteld tijdens die vergaderbijeenkomst. Meer dan 50 Jehovah’s Getuigen raakten toen gewond en drie van hen kwamen te overlijden als gevolg van de explosie.
Een van de kenmerken van het ware geestelijke paradijs dat Jehovah zal scheppen, betreft de complete afwezigheid van geweld. Het elfde hoofdstuk van Jesaja zegt: “Ze zullen geen kwaad doen of schade aanrichten op heel mijn heilige berg, want de aarde zal beslist vervuld zijn van de kennis van Jehovah zoals water de zeebodem bedekt.” (Jesaja 11:9)
Maar hoe kan het dan mogelijk zijn dat Jehovah’s Getuigen zich in een vredig en veilig geestelijk toevluchtsoord zouden bevinden terwijl God het tegelijkertijd toestaat dat er binnen dit toevluchtsoord doorgedraaide gekken aanwezig zijn die schade en verderf toebrengen aan anderen en dat hun daden zelfs tot gevolg hebben dat christelijke dienaren op koelbloedige wijze de dood in worden gejaagd?
Door de organisatie van de Jehovah’s Getuigen publiekelijk uit te roepen tot het voorzegde geestelijke paradijs, vervullen de leiders van het Wachttorengenootschap daarmee ook de profetie. Zij zijn namelijk precies diegenen geworden die beweren dat er “vrede tussen hen en God zou zijn”, ondanks het feit dat ze zich bevinden in een staat van opstand en rebellie, precies zoals er wordt beschreven in Jeremia: “Want iedereen, van klein tot groot, maakt oneerlijke winst, iedereen, van profeet tot priester, pleegt bedrog. En ze proberen de wonden van mijn volk oppervlakkig te genezen door te roepen: “Er is vrede! Er is vrede!”, terwijl er geen vrede is.” (Jeremia 6:13,14)
Maar schamen ze zich dan niet omdat hun zogenaamde geestelijke paradijs een schijnvertoning is? Wat zal er dan terecht gaan komen van een organisatie die bedrog en misleiding pleegt tegenover een goedgelovig volk? Jehovah verklaart verder: “En schamen ze zich voor de walgelijke dingen die ze hebben gedaan? Ze schamen zich helemaal niet! Ze weten niet eens hoe schande voelt! Daarom zullen ze sneuvelen met de gesneuvelden. Wanneer ik ze straf zullen ze struikelen’, zegt Jehovah.” (Jeremia 6:15)
Dit was het laatste deel uit de 4-delige reeks artikelen. De eerdere delen kunt u hier terugvinden:
Deel 1: klik hier (EN OP DIE DAG ZULLEN ZEVEN VROUWEN ÉÉN MAN VASTGRIJPEN)
Deel 2: klik hier (DIERLIJKE MENSEN IN HET GEESTELIJKE PARADIJS?)
Deel 3: klik hier (EEN GEESTELIJK PARADIJS OF GEESTELIJKE HONGERSNOOD?)
Leave A Comment