Dagtekst woensdag 27 september

Wie zijn fouten bedekt zal geen succes hebben, maar wie ze bekent en vermijdt, ondervindt barmhartigheid. — Spr. 28:13.

Echt berouw gaat verder dan alleen zeggen dat je spijt hebt. Er moet ook sprake zijn van een oprechte verandering in je hart en geest. Je moet stoppen met het verkeerde gedrag en je omkeren door weer naar Jehovah’s normen te leven (Ezech. 33:14-16). Het herstel van je beschadigde band met Jehovah moet het allerbelangrijkste voor je zijn. Wat moet je doen als je erachter komt dat een goede vriend een ernstige zonde heeft begaan? Het is nadelig voor je vriend als je zijn zonde geheimhoudt. En het zou niet lukken, want Jehovah kijkt toe (Spr. 5:21, 22). Je kunt een echte hulp zijn door te zeggen dat de ouderlingen je vriend kunnen en willen helpen. Als hij zijn zonde niet aan de ouderlingen wil bekennen, moet je ze daar zelf over inlichten. Zo laat je zien dat je hem echt wilt helpen. w21.10 7 ¶19-21

In hun publicaties veroordeelt het Wachttorengenootschap regelmatig zichzelf. Dat is ook niet ongebruikelijk bij huichelaars. Iedereen die ooit de Bijbel weleens heeft gelezen, weet dat God zowel natiën als organisaties op een vergelijkbare wijze aansprakelijk stelt als individuele personen. Sterker nog: personen in leiderschapsposities zijn feitelijk nog meer aansprakelijk omdat ze ook meer invloed uitoefenen. Dit is dan ook totaal geen vreemd concept. Jezus legde dit principe op een hele eenvoudige manier uit toen hij zei: Als er veel aan iemand wordt gegeven, zal er veel van hem worden geëist, en als er veel aan iemand wordt toevertrouwd, zal er meer dan gebruikelijk van hem worden geëist.” (Lukas 12:48)

De bijbehorende context van het twaalfde hoofdstuk van Lukas is ook zeker leerzaam. Jezus sprak hier tot zijn discipelen die hij de ‘kleine kudde’ noemde. Jezus spoorde zijn kleine kudde aan om waakzaam te blijven en om klaar te staan voor zijn terugkeer. Toen Petrus zich vervolgens afvroeg of de illustratie van Jezus alleen op hen van toepassing was of dat deze voor iedereen bedoeld was, antwoordde Jezus: Wie is echt de getrouwe en beleidvolle beheerder, die door de meester over zijn bedienden zal worden aangesteld om hun steeds op het juiste moment het voedsel te geven dat ze nodig hebben? Gelukkig is die slaaf als hij daarmee bezig is wanneer zijn meester komt! Ik zeg jullie de waarheid: hij zal hem aanstellen over al zijn bezittingen. Maar stel dat die slaaf bij zichzelf zegt: “Mijn meester komt voorlopig niet”, en hij begint de andere bedienden te slaan, gaat eten en drinken en wordt dronken. Dan komt de meester van die slaaf op een dag waarop hij hem niet verwacht en op een uur dat hij niet weet, en hij zal hem heel zwaar straffen en hem hetzelfde lot laten ondergaan als degenen die ontrouw zijn. Dan zal de slaaf die de wil van zijn meester heeft begrepen, maar geen voorbereidingen heeft getroffen of niet heeft gedaan wat de meester vroeg, veel slagen krijgen. Maar degene die de wil niet heeft begrepen en dingen heeft gedaan die slagen verdienen, zal weinig slagen krijgen.” (Lukas 12:42-48)

Voor zover ik weet hebben de woordvoerders van het Wachttorengenootschap of het Besturende Lichaam van Jehovah’s Getuigen nog nooit een enkele fout of zonde publiekelijk toegegeven. Duizenden kinderen zijn onder hun toezicht verkracht en misbruikt en ze hebben nog geen enkele keer officieel hun verontschuldigingen aangeboden voor het feit dat zij degenen zijn die verantwoordelijk zijn geweest voor het instellen van een beleid waarbij pedofielen worden beschermd tegen een mogelijke strafrechtelijke vervolging. Het Wachttorengenootschap heeft haar zonde bedekt door geheime buitengerechtelijke schikkingen te treffen die erin hebben geresulteerd dat misbruikslachtoffers juridisch gezien worden gemuilkorfd, waardoor zij op straffe van hoge boetes werden belet om te spreken over de misdaden die tegen hen zijn gepleegd.

Ook ik werd feitelijk uitgesloten omdat ik een beroep deed op de leiders van het Wachttorengenootschap om eindelijk hun fouten eens toe te geven en hun medeplichtigheid openlijk te erkennen. (lees ook het artikel: ‘Is het tijd om te zeggen: “Het spijt ons?’)

Het Wachttorengenootschap heeft aangetoond dat zij dus van mening zijn dat ze ver boven al dit soort zaken staan. Zij zijn immers de verheven meesters, nietwaar? Ze zullen zichzelf namelijk nooit ergens voor verontschuldigen, tegenover helemaal niemand.

Meer recentelijk pleitte het Besturende Lichaam nog voor de zogenaamde COVID-19-vaccins en beweerden ze feitelijk dat Jehovah deze experimentele injecties aan zijn volk had verschaft als zijnde een goddelijke voorziening welke valt te vergelijken met manna uit de hemel. Het is vooralsnog niet bekend hoeveel Jehovah’s Getuigen, die trouw het advies van het Besturende Lichaam hadden opgevolgd, alsof het de stem was van God Zelf, en die de injecties en de boosters bij zich hebben laten inspuiten, uiteindelijk last hebben gekregen van ernstige bijwerkingen of die daardoor zelfs zijn overleden.

Tegenwoordig weten we allemaal dat het nu duidelijk is geworden dat deze zogenaamde vaccins helemaal niet hebben gezorgd voor welke soort van immuniteit dan ook. Ook weten we dat deze injecties op geen enkele manier de verspreiding van het virus voorkomen of tegengaan. Je doet het dus helemaal niet voor een ander! Echter weten we inmiddels ook dat deze injecties de oorzaak zijn van allerlei bloedstollingsproblemen evenals myocarditis.

De leiders van het Wachttorengenootschap hebben dus deelgenomen aan een dodelijke hoax. Ze hebben dit ongetwijfeld gedaan vanwege de enorme sommen geld die beschikbaar werden gesteld aan religieuze organisaties om het vaccinatieprogramma van de overheid te promoten.

Ze hebben straks dus een heleboel uit te leggen, zodra ze ter verantwoording zullen worden geroepen.  

Hoewel niemand van ons zou mogen verwachten dat het Wachttorengenootschap op welke manier dan ook hun wangedrag publiekelijk zal gaan erkennen, zo mogen we daarentegen wel rekenen op een reactie zodra Christus onverwachts zal arriveren met de zweep in zijn hand. Het zal dan heel erg heet gaan worden in Gods huis.