DE INSTORTING VAN DE WACHTTOREN

Dagtekst zaterdag 22 januari 2022

Tevergeefs heb ik mijn hart zuiver gehouden en mijn handen in onschuld gewassen! — Ps. 73:13.

De psalmist werd jaloers op de slechte, arrogante mensen, niet omdat hij ook slechte dingen wilde doen maar omdat ze een beter leven leken te hebben (Ps. 73:2-9, 11-14). Ze leken het helemaal voor elkaar te hebben: rijkdom, een goed leven en geen zorgen. Hij moest de dingen vanuit Jehovah’s standpunt bezien. Toen hij dat deed, kreeg hij weer innerlijke rust en was hij gelukkig. Hij zei tegen Jehovah: ‘Buiten u wens ik verder niets op aarde’ (Ps. 73:25). Word dus nooit jaloers op slechte mensen met wie het goed lijkt te gaan. Hun geluk is oppervlakkig en tijdelijk (Pred. 8:12, 13). Het leidt alleen maar tot ontmoediging en geestelijke schade als je jaloers op ze bent. Dus als je merkt dat je jaloers wordt op het schijnbare succes van slechte mensen, doe dan wat de Leviet deed. Luister naar Gods liefdevolle advies en ga om met anderen die Jehovah’s wil doen. Als je meer van Jehovah houdt dan van wat maar ook, zul je waar geluk vinden. En je zult op het pad naar ‘het echte leven’ blijven (1 Tim. 6:19). w20.12 19 ¶14-16

Als u Psalm hoofdstuk 73 in zijn geheel leest, dan ziet u dat de slechte en arrogante mensen die zich zorgeloos op hun gemak leken te voelen, de naaste-Israëlieten van de Leviet bleken te zijn. Wellicht had hij een aantal van de leden van de koninklijke familie in gedachten die destijds over Gods volk heersten. Dat moet dan ook wel het geval zijn geweest, aangezien trouwe Israëlieten geen omgang hadden met buitenlanders. Wanneer we weten dat dit zo is, en wanneer er sprake is van een moderne parallel, dan dienen we eens een blik te werpen op het leiderschap van het Wachttoren Bijbel- en Traktaat Genootschap.

JW.org complex in Warwick

JW.org – Warwick

Sta vervolgens eens stil bij Psalm 73:5: Ze hebben geen problemen zoals andere mensen, ze lijden niet als anderen. Paulus had op een bepaald moment zijn kritiek geuit richting de Korinthiërs omdat ze op dat moment al deden alsof ze als koningen aan het regeren waren. Hoe toepasselijk is dat ook voor het Besturende Lichaam en al hun helpers. Zelf wonen ze in een riant appartementencomplex op een prachtige locatie midden in een mooi bos aan de oevers van een sereen meer. Ook in al hun andere behoeften wordt voorzien; een overvloedige hoeveelheid voedsel, drank en een uitgebreide zorgverzekering. Ze vliegen eerste klas. Ze rijden in luxe auto’s die veel nederige Jehovah’s Getuigen zich nimmer zouden kunnen veroorloven. Ze ontvangen daarnaast ook volop eer en lof van vele mensen.

Sta nu eens stil bij Psalm 73:7-8: Hun ogen puilen uit door hun voorspoed, ze hebben meer dan ze zich ooit konden voorstellen. Ze spotten en zeggen boosaardige dingen. Arrogant dreigen ze met onderdrukking.

Zelfs C.T. Russell had zich nooit de fabelachtige rijkdom kunnen voorstellen die het Wachttorengenootschap tegenwoordig geniet. Het lijdt weinig twijfel dat de directeuren van het Wachttorengenootschap nauwe banden onderhouden met de rijke miljardairsclub die achter de schermen opereert. Zo’n 10 jaar geleden kwam naar buiten dat het Wachttorengenootschap enkele snelle jongens in strakke pakken vanuit Bethel naar Londen had gestuurd zodat ze konden worden geschoold in de kunst van het beheren van hedgefondsen. Het lijkt ook duidelijk dat ze Harvard MBA-consultants hebben ingeschakeld om zo hun financiële opbrengsten te kunnen maximaliseren. Dat verklaart ook waarom ze ongeveer 1000 Koninkrijkszalen in de verkoop hebben gezet, om zo maximaal te kunnen profiteren van de oververhitte onroerendgoedmarkt om vervolgens de winst van deze verkochte Koninkrijkszalen weer te kunnen herinvesteren in andere meer lucratieve zaken.

Betreft het arrogant spreken en het dreigen met onderdrukking: kijk eens goed naar de reeks meest recente video-updates van het Besturende Lichaam. Ouderlingen worden gewaarschuwd dat als ze openlijk kritiek uiten met betrekking tot de injecties die door de koningen van Warwick worden aanbevolen, dat dit er voor hen in zal resulteren dat ze zich zullen moeten gaan verantwoorden voor een juridisch comité. De arrogantie die het Besturende Lichaam hier uitstraalt is absoluut schokkend te noemen.

Sta nu dan eens stil bij Psalm 73:9-10: Ze zetten een mond op tot aan de hemel, hun tong gaat pochend rond op aarde. Daarom loopt zijn volk achter hen aan. Ze drinken van hun overvloedige water.

Stelt u zich nu eens voor dat u in een geestelijk paradijs leeft waar geen enkel beestachtig roofdier te vinden is. Zou dat niet geweldig zijn? Welnu, wat denkt u dat het Wachttorengenootschap op dit moment openlijk verkondigt? Ondanks het feit dat er duizenden kinderen van Jehovah’s Getuigen zijn geweest die seksueel zijn misbruikt door beestachtige pedofiele roofdieren, schept het Wachttorengenootschap toch zonder blikken of blozen op over dat zij op dit moment al aan het wandelen zouden zijn op de Weg van Heiligheid en ook dat ze op dit moment al in een geestelijk paradijs zouden leven. Inderdaad…en ondanks het feit dat Zefanja duidelijk stelt dat de verandering naar het spreken van een zuivere taal pas zal gaan plaatsvinden zodra Jehovah opstaat om Zijn veroordeling uit te storten over de natiën, heeft het Besturende Lichaam toch in alle trots hun hoofd tussen de wolken gestoken door met opschepperige toon te beweren dat ze op dit moment al de zuivere taal zouden spreken en ook dat ze op dit moment al de zuivere aanbidding zouden beoefenen. En de Jehovah’s Getuigen dan? Die slikken dit alles door als zoete koek!

Sta nu ook eens stil bij de volgende reeks verzen: Ze zeggen: ‘Hoe kan God het weten? Heeft de Allerhoogste echt kennis?’ Zo zijn de slechten, ze hebben het altijd makkelijk. Ze blijven zichzelf verrijken. Tevergeefs heb ik mijn hart zuiver gehouden en mijn handen in onschuld gewassen! (Psalmen 73:11-13)

Het Wachttorengenootschap heeft zichzelf gepositioneerd als zijnde de toegangspoort tot God – de bewaarders van alle waarheid. Het Besturende Lichaam heeft over zichzelf verklaard dat ze de getrouwe en beleidvolle slaaf zijn, ondanks het feit dat we allemaal weten dat Christus het volgende niet zonder reden in ‘vragende vorm’ liet optekenen: Wie is echt de getrouwe en beleidvolle slaaf?” (Mattheüs 24:45)— de getrouwe slaaf wordt namelijk pas onderscheiden zodra de meester bij zijn eigen huis arriveert. En ondanks de poging van het Besturende Lichaam om de woorden van Christus betekenisloos te maken, weten we ook dat Jezus tijdens het moment van zijn inspectie een slechte slaaf in zijn huis zal aantreffen die met de grootste hevigheid zal worden ontmaskerd en gestraft. God kent sowieso degenen die aan Hem toebehoren evenals degenen die zich slechts hebben vermomd als zijnde dienaren van rechtvaardigheid en die zich naar buiten toe slechts voordoen als moderne hedendaagse apostelen.

Vele Jehovah’s Getuigen zijn vandaag de dag ontmoedigd geraakt. Sterker nog, ze walgen zelfs van de hypocrisie en huichelarij van het Wachttorengenootschap. Velen van hen zijn aanbeland op het punt van de Leviet, waarbij ze in feite zeggen: ‘wat heeft het nog voor zin? Heb ik dan voor niets geprobeerd om het goede te doen.’

Denk eens aan Psalm 73:16-19: Ik probeerde het te begrijpen, maar ik had er moeite mee, tot ik in het grootse heiligdom van God kwam en inzag wat hun toekomst was. Ja, u plaatst ze op een glibberige bodem. U brengt ze ten val. Plotseling gaan ze ten onder. Ineens is het met ze gedaan, hun einde is verschrikkelijk!

Hoewel het Wachttorengenootschap op dit moment nog heerst over de Jehovah’s Getuigen en hoewel op dit moment enkel en alleen het verheven Besturende Lichaam voor hen kan beslissen wat waar is en wat niet, is Jehovah’s geest daarentegen onbegrensd. Ik ben in wezen het grootste heiligdom van God binnengegaan. Hoezo dat? Door het de geest toe te staan om mij dieper in het profetische woord van God te laten leiden, alsof ik als het ware in staat werd gesteld om een glimp op te vangen van Gods werkelijke heiligdom. Door middel van de leiding van Jehovah’s heilige geest was ik in staat om de toekomst van het Wachttorengenootschap te kunnen onderscheiden. Sterker nog: De titel van één van de eerste artikelen die ik ooit schreef luidde: “De instorting van de Wachttoren”. Dat oorspronkelijke artikel werd later een apart hoofdstuk in het boek ‘Jehovah Zelf is Koning Geworden’.

De leiders van de Jehovah’s Getuigen bevinden zich op dit moment daadwerkelijk op een glibberige bodem en hun plotselinge en verschrikkelijke einde is nabij.